Afwijkende meningen bij GroenLinks-PvdA niet toegestaan

Het moet een feestelijke dag worden. GroenLinks en PvdA komen samen in NBC in Nieuwegein voor een gezamenlijk partijcongres. Het is al vroeg druk. Dagvoorzitter Kirsten van den Hul weet te vertellen dat er vierduizend mensen aanwezig zijn en dat de ledentallen van de fusiepartij alleen maar oplopen: het zijn er inmiddels ruim honderdduizend. Het dagprogramma is eenvoudig: er zijn in de ochtend twee aparte congressen van de te fuseren partijen en in de middag is er een gezamenlijke.
Velen stellen zich dezer dagen de vraag wat GroenLinks-PvdA voor partij is. Na dit congres is daar wel iets over te zeggen. Dit kunnen we het beste begrijpen middels een gedachte-experiment. We kijken daarbij naar GroenLinks. Deze partij zit op de uiterste linkerflank en is een soort stabiele waarde in het politieke landschap. Hier vinden allerlei progressieve, groene en linkse mensen hun politieke thuis. Men neemt er vaak stevige standpunten in waar veel kiezers niets van willen weten.
Het gevolg laat zich raden: de meeste kiezers lopen met een grote boog om GroenLinks heen omdat ze vinden dat de partij te veel achter activisten aanloopt, te veel vluchtelingen wil toelaten, mensen milieu- en klimaatonvriendelijk gedrag wil ontzeggen en zo kunnen we nog wel even doorgaan. GroenLinks is een soort niche die op landelijk niveau nooit in de regering zat, vooral omdat compromissen sluiten lastig is. De invloed is daarom beperkt en zo komen we bij de reden om met de PvdA te fuseren.
Wezenlijk anders?
De leden van GroenLinks en PvdA hebben ingestemd om volgend jaar een nieuwe partij te beginnen en de bestaande partijen daarin te laten opgaan. De grote vraag is: is GroenLinks-PvdA dan wezenlijk anders dan GroenLinks? Die vraag is fundamenteel én actueel: de Tweede Kamerfractie nam afgelopen week een controversieel standpunt in. De fractie wil een tijdelijk wapenembargo tegen Israël en dus ook geen onderdelen leveren waarmee het land vijandige raketten uit de lucht kan schieten, de zogeheten Iron Dome.
Kati Piri (voorheen PvdA) is de indiener van deze motie die een stevige GroenLinks-inslag heeft. Deze ‘motie-Piri’ werd in de Tweede Kamer weggestemd en dat is niet zo gek, want het idee komt uit een nogal radicale hoek. Of je het ermee eens bent maakt niet eens uit: de meeste mensen zijn hier niet klaar voor. De zorg is dat door deze beleidswijziging Israël zichzelf niet meer kan verdedigen. Dat is ook de kritiek van tegenstanders uit de hoek van de PvdA. Zij willen dat het partijbestuur er afstand van neemt.
Zo komen we bij het belangrijkste thema van deze zaterdag: de motie-Roopram. De critici zijn niet de minsten: onder andere oud-Kamervoorzitter Gerdi Verbeet, plus drie oud-leiders van de partij: Job Cohen, Ad Melkert en Lodewijk Asscher en de Barendrechtse oud-wethouder Reshma Roopram. Het is de perfecte testcase voor de nieuwe partij: wat vindt men hier nou precies van? Moet GroenLinks-PvdA een radicaal GroenLinks-standpunt innemen of ligt een PvdA-achtige koers die voor grote groepen burgers aanvaardbaar is meer voor de hand?
Een brede volkspartij
Bij GroenLinks had dit dilemma nooit bestaan, bij GroenLinks-PvdA wel. We horen aanwezigen zeggen dat GroenLinks-PvdA ‘een brede volkspartij’ is. Meerdere sprekers praten daarom over ‘met elkaar in gesprek blijven’, accepteren dat er ‘meningsverschillen kunnen zijn’ en dat je dan niet met je rug naar elkaar toe moet gaan staan. Dit suggereert inderdaad een brede volkspartij: een club waar verschillende linkse standpunten van verschillende linkse doelgroepen allemaal een eigen plek vinden en deel uitmaken van een breed links palet.
De toestand binnen GroenLinks-PvdA is bijna niet te objectiveren, maar toch een poging. Je kunt partijleden hier letterlijk pesten met het idee dat ze een brede partij gaan vormen met ondertekenaars van de Roopram-motie zoals Ad Melkert en Gerdi Verbeet. Zij zijn immers allemaal onderdeel van het brede linkse spectrum. Aan de reacties is te merken dat nogal wat mensen deze personele invulling niet zien zitten. Een aantal zeggen het gewoon: als de critici het oneens zijn met de fractielijn, kunnen ze toch ook ophoepelen?
Opeens zie je een verband. De mensen zijn hier vriendelijk, maar ze begrijpen slecht dat je anders tegen de situatie in Israël kunt aankijken dan zijzelf. Het hele idee dat er Joodse PvdA-leden zijn die anders tegen Israël aankijken dan GroenLinks speelt geen wezenlijke rol. Als ik twitter dat GroenLinks-PvdA een probleem heeft vanwege de interne verdeeldheid, is het antwoord meerdere keren dat er juist een probleem wordt opgelost. Hier is niet het aantrekken van mensen het doel, maar het wegjagen ervan. Te gematigde PvdA’ers vooral.
Procedureel gerommel
De motie-Roopram vraagt afstand te nemen van de motie-Piri en staat in de ochtend op de agenda van het PvdA-congres. Er komt een ‘ordevoorstel’: de motie gaat over de koers van de gezamenlijke fractie met GroenLinks en moet dus bij het gezamenlijke congres worden behandeld. De indieners wilden juist een discussie op het PvdA-congres: zij stellen hun vraag aan het partijbestuur en zien het als een zaak van het PvdA-smaldeel. Ze halen bakzeil. Het is een opzichtige poging leden van beide partijen te laten stemmen zodat de motie op voorhand kansloos is.
Dan staat Gerdi Verbeet op het podium. Ze wil dat er op het PvdA-congres rekening wordt gehouden met minderheidsopvattingen en dat de kritiek op de motie-Piri besproken kan worden. Ze wordt na dertig seconden afgekapt met procedurele argumenten. In de middag gebeurt weer iets geks: de motie-Roopram moet nu eerst middels stemming aan de agenda worden toegevoegd om besproken te kunnen worden. Dat was de PvdA-leden die eerder die dag voor de verplaatsing stemden, niet verteld.
De motie komt op de agenda. Er zijn nog zo’n zeven andere moties over Israël en Palestina. We horen tientallen jonge GroenLinks-leden vertellen dat de motie-Roopram onacceptabel is. Slechts een enkeling is het met Roopram en de oud-PvdA-leiders eens. We horen talloze verwijten over Israël. Als Rob Oudkerk – een van de indieners – kort iets vertelt over een Joodse mede-indiener die zich niet meer veilig voelt, wordt hij afgebroken omdat de tijd op is. Als dagvoorzitter Ineke van Gent Oudkerk dertig seconden extra geeft, biedt ze daar later haar excuses voor aan.
Een volkspartij?
Een Dwars-bestuurder meldt dat Lodewijk Asscher laf is omdat hij niet aanwezig is om de door hem ondertekende motie-Roopram te verdedigen. De mensen die de motie verdedigen krijgen boe-geroep naar hun hoofd en is er gejuich bij elke bijdrage waarin Israël van genocide wordt beschuldigd. Dat hier een behoorlijk intimiderende werking van uitgaat lijkt de aanwezigen totaal te ontgaan. Dat dit een brede volkspartij is waar je met elkaar in gesprek moet gaan over politieke meningsverschillen is men allang vergeten.
Er wordt nauwelijks ingegrepen. Na de stemming waarbij de ruime meerderheid besluit de motie-Piri te steunen en dus die van Roopram te verwerpen, lopen een paar mensen de zaal uit. Verbeet is aangeslagen en krijgt al snel bezoek van PvdA-partijvoorzitter Esther-Mirjam Sent en Tweede Kamerlid Esmah Lahlah. Sent en Lahlah weten na één zin eigenlijk ook niet meer wat ze moeten zeggen. Een sympathisant roept tegen Sent dat hij niet meer links kan stemmen als dit de sfeer bij GroenLinks-PvdA is. Sent geeft geen krimp.
Verbeet gaat naar huis en Roopram doet niet veel later hetzelfde. Een uur later speecht Timmermans onder luid applaus over in gesprek gaan bij politieke meningsverschillen. Tevens prijst hij de geneugten van de ledendemocratie. Daarna is er een borrel. Ik vraag wat leden wat zij er zelf eigenlijk van vinden: is dit hoe je respectvol met inhoudelijk conflict omgaat? Wat is passend gedrag bij mensen die meer voor het landsbestuur hebben betekend dan GroenLinkse jongeren ooit hebben gedaan? Wat is dit voor linkse volkspartij?
Verrassing: meerdere GroenLinks-leden steunen het hele idee van een linkse volkspartij niet. Misschien kunnen de laatste PvdA’ers daar eens over nadenken.
Beeld: muur bij het congres GroenLinks-PvdA. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.