Bericht uit Suriname (3): Olie en gas kunnen welvaart opleveren, maar ook ellende

Het is dertig graden in Paramaribo: eigenlijk te warm voor een lezing. In een restaurant in het centrum zitten donderdagavond twintig mensen te luisteren naar Beryl Vreden, een vrouw met een lange staat van dienst in onder andere Nederland en de voormalige Antillen. Ze werkte onder andere bij Shell en een planbureau in Suriname. Ze vertelt deze avond over leiderschap en integriteit in de politiek. De avond suggereert al snel dat de problemen met politiek leiderschap in Suriname niet snel zullen veranderen.
Vreden benadrukt het verschil tussen managers en leiders. Managers werken vanuit controle, leiders vanuit vertrouwen. Leiderschap is een vaardigheid: een leider heeft een visie, wil ergens naartoe, stelt doelen en communiceert die. Vervolgens zorgt een leider ervoor dat er alignment ontstaat met die doelen. Voor leiderschap in Suriname is het belangrijk dat dit een multi-etnische samenleving is. Je kunt deze groepen volgens Vreden het beste beschrijven als verschillende stammen.
Leiders hebben de neiging verschillen tussen zulke stammen negatief te framen, denkt Vreden. Dit soort slechte leiders trekt de eigen stam voor: nepotisme en exclusiviteit zijn dan aan de orde van de dag en zo komen de verkeerde mensen op de verkeerde plekken terecht. Dat leidt tot hogere kosten omdat er extra mensen nodig zijn om het werk te verzetten en ondertussen worden mensen tegen elkaar opgezet. Er is eigenlijk sprake van een nieuw soort kolonialisme waarbij de ene groep de andere overheerst.
Minder corruptie
Een leider moet zorgen voor inclusiviteit, zodat er een gedeelde natie kan ontstaan. In Suriname is daar geen sprake van, al is het maar omdat de rechten van inheemsen continu worden geschonden. Politici doen ook andere dingen dan ze beloven. Zo zouden ze na de vorige verkiezingen niet aankloppen bij het IMF, maar dat deden ze toch. Die stelde dan weer allerlei eisen en zo ontstond wederom een vorm van kolonialisme. In Suriname is sprake van een soort Stockholm-syndroom waarbij mensen sympathie gaan voelen voor hun onderdrukker.
In de EU gaat een corrupte politicus de bak in, in Suriname is hij herkiesbaar, aldus Vreden. Corruptie is een soort gewoonte geworden, terwijl het iets is dat afschuw moet opwekken. Er moet daarom een andere democratische cultuur komen. Applaus. Dan mogen de aanwezigen vragen stellen. Opeens gaat het over het grootste thema dat de Surinaamse verkiezingen bepaalt: de olie en gasinkomsten die binnen een paar jaar worden verwacht. Wat gaat daarmee gebeuren?
De positieve voorspelling is dat deze inkomsten Suriname welvarender zullen maken en kunnen leiden tot minder armoede. Vanavond horen we opeens een negatieve variant: waarom zouden oil and gas niet leiden tot meer corruptie en meer nepotisme? Ziet de bevolking ooit iets van deze gelden terug? Ligt kleptocratie wellicht op de loer? Aanwezigen zeggen dat dit vanwege oil and gas de belangrijkste verkiezingen in de geschiedenis van het land zijn, maar niemand is gerust op de goede afloop.
De komende twee weken schrijf ik over de verkiezingen in Suriname. Ik maak er met Kemal Rijken ook een podcast over.
Beeld: Bord in het centrum van Paramaribo. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.