Richard de Mos wil terug in het Haagse college. Is dat enthousiasmerend?

Richard de Mos is een fenomeen. Dinsdagavond houdt zijn partij Hart voor Den Haag een rally in sportcentrum De Uithof. De Mos is populair: aanhangers willen met hem op de foto en schudden hem massaal de hand. Er zijn zo’n 150 mensen naar deze uithoek van Den Haag gekomen om hun leider toe te juichen. De rally is een soort aftrap van de gemeenteraadsverkiezingen die over precies een jaar plaatsvinden, zegt spreekstalmeester en raadslid Ralf Sluijs. Overal liggen vlaggetjes met de tekst De Mos 2026.
Echt bijzonder is deze rally niet: De Mos houdt er elk jaar eentje. Het concept is nogal Amerikaans: er komen een heleboel aanhangers naar een plek ter meerdere eer en glorie van hun politieke idool. Hart voor Den Haag heeft het concept een beetje vernederlandst: waar in Amerika de grote leider het merendeel van het programma vult, is het in Den Haag een mix van filmpjes, gesprekken met partijkopstukken, een loterij en een zanger, gevolgd door een vrij korte speech van De Mos.
De overeenkomst met Amerika is belangrijker dan de verschillen: De Mos trekt een volle zaal. De aanwezigen vormen bovendien een redelijke afspiegeling van de Haagse bevolking. Dit jaarlijkse evenement weerlegt het idee dat Nederlanders niet voor politieke bijeenkomsten te porren zijn: het hangt er gewoon vanaf wie zo’n bijeenkomst organiseert en hoe. In Nederland bestaan nauwelijks partijen die zo’n grote groep mensen bij elkaar krijgen, zeker lokaal niet. De Mos zegt dat Hart voor Den Haag inmiddels 1.100 leden heeft.
Een narratief
Het applaus en gejuich roepen de vraag op waar De Mos zijn populariteit nou eigenlijk aan te danken heeft. We worden deze avond uitgebreid geïnformeerd over het recente verleden. Dat verhaal is algemeen bekend: De Mos werd als wethouder van zijn bed gelicht omdat hij werd verdacht van corruptie. Ook een collega-wethouder was verdachte. Ze moesten aftreden, Hart voor Den Haag kwam in de oppositie terecht en er volgde een lange rechtsgang. Die liep goed af: ze werden vrijgesproken, ook in hoger beroep.
De Mos is ongetwijfeld blij dat het allemaal achter de rug is, maar er is iets vreemds aan de hand: bij Hart voor Den Haag laat men de rechtszaak niet achter zich, maar gebruikt men die continu als campagnemiddel. De partij heeft de zaak als argument nodig: het is de reden dat de partij in de oppositie zit, want na de gemeenteraadsverkiezingen was men de grootste, maar wilden andere partijen niet met De Mos in zee. De vrijspraak is munitie voor de gedachte dat er sprake is van groots onrecht.

Zo ontstaat een narratief: het ging niet om een rechtszaak tegen De Mos en zijn medewethouder, maar tegen de hele partij, horen we Sluijs zeggen. Zo ontstaat de suggestie van een tweedeling: De Mos versus de rechter plus de rest van het politieke spectrum. Doordat andere partijen zich tegen De Mos hebben gekeerd, keerden ze zich tegen iedereen die met hem sympathiseert: de hele partij, inclusief de aanhang. U woont in Den Haag en voelt zich slecht behandeld door de gemeente? De Mos weet hoe het voelt.
Verkeerde prioriteiten
De standpunten van De Mos sluiten aan bij dit narratief: de politieke elite werkt burgers vooral tegen. In zijn speech somt hij problemen op. Er wordt te weinig gebouwd, er is veel armoede en er worden ondertussen wel veel asielzoekers opgevangen. Er zijn meer daklozen dan ooit, er vinden in allerlei wijken explosies plaats en het messenbezit neemt toe. Er wordt betaald parkeren ingevoerd en daar wilden de burgers een referendum over, maar daar had de coalitie geen boodschap aan.
Daar komen verkeerde prioriteiten bovenop, aldus De Mos. In Den Haag worden reclames voor fossiele producten verboden en ondernemers moeten verplicht elektrisch rijden. Zo ontpopt Hart voor Den Haag zich als een klassieke rechts-populistische partij die vindt dat de politieke elite de belangrijkste zorgen van burgers negeert en vooral betutteling en doorgeslagen duurzaamheid in petto heeft. Gelukkig begrijpt De Mos de burger wel want hij hoort niet bij het elite-clubje dat de stad bestiert.
Vooral de opmerkingen over armoede zijn opvallend. Dit is een immens probleem in Den Haag, maar wat gaat De Mos eraan doen? De rally is erg oninhoudelijk: we horen geen plannen. Even afpellen: de gemeente heeft geen middelen om aan inkomenspolitiek te doen. Makkelijk om te zeggen dat het huidige college niets van armoedebestrijding bakt, maar zou Hart voor Den Haag dat beter doen? Het antwoord is dat de partij armen hooguit de stad uit kan jagen om het aantal mensen in de bijstand naar beneden te krijgen.
Luchtbellen
Zo krijg je op meer punten de indruk dat Hart voor Den Haag luchtbellen verkoopt. Je kunt ageren tegen asielzoekers, maar dat is geen linkse hobby van het Haagse college: de spreidingswet bepaalt dat de opvang een verantwoordelijkheid is van alle gemeenten. De Mos zou daar als wethouder weinig aan veranderen. Te weinig bouwen is in het hele land een probleem. Zou Hart voor Den Haag als enige in Nederland weten hoe je snel het woningtekort oplost? De Mos sluit vooral aan bij een gevoel: andere partijen deugen niet.

Oud-minister Rita Verdonk is tegenwoordig raadslid voor Hart voor Den Haag en mag vertellen dat ze ervan baalt dat ze drie jaar geleden geen wethouder mocht worden. Ze had alles zelf met meer daadkracht geregeld. Het college moet de zaken gewoon beter aanpakken en beter naar de mensen luisteren. Verder zijn asielzoekers stom, want die doen hun behoeften in winkels en in de tuintjes van de buren. Verdonk is trouwens beslist niet woke en na de verkiezingen stopt ze ermee. Campagne gaat ze ook niet meer voeren.
De Mos meldt trots dat er tegenwoordig zelfs raadsleden overstappen naar zijn partij. De afgelopen maanden waren dat er drie. Leden van andere partijen worden opgeroepen zich tijdens de ‘overstapweken’ aan te sluiten. De Mos rekent op vijftien zetels bij de verkiezingen van volgend jaar: een flinke winst. Om dat doel te onderstrepen heeft hij een oud-voetballer bereid gevonden om sportwoordvoerder te worden en op plek vijftien te gaan staan. Wat Tom Beugelsdijk gaat doen? Vragen wat er bij sportverenigingen leeft.
Stukken lezen
Even terug naar Verdonk. Op het podium mag ze als oude rot in het vak vertellen wat Hart voor Den Haag nog beter kan doen. De altijd ontwapenende oud-minister denkt dat de fractieleden de stukken beter zouden kunnen lezen en vindt ook dat in het kader van de ‘ombudspolitiek’ mailtjes van burgers vaker moeten worden beantwoord. De zaal hoort het gelaten aan, zich kennelijk niet realiserend dat dit geen goede basis is voor welke partij of coalitie dan ook, laat staan voor grote veranderingen.
Ondertussen zegt De Mos soms ware dingen over het Haagse gemeentebestuur: de coalitie is los zand en wordt vooral bij elkaar gehouden omdat men niet met Hart voor Den Haag wil samenwerken. De Mos mist ‘saamhorigheid en draagvlak’. Grote veranderingen kun je nu eenmaal niet opleggen als je de mensen niet meekrijgt, denkt hij. Dat klopt natuurlijk als een bus, maar je vraagt je af of de houding van Hart voor Den Haag wel tot ‘saamhorigheid en draagvlak’ leidt.
De vraag stellen is hem beantwoorden.
Beeld: Vlaggetjes van Hart voor Den Haag, Richard de Mos spreekt de zaal toe, nog meer vlaggetjes van Hart voor Den Haag. Foto’s: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.