Gezocht: Nederlandse politicus die een uur zonder autocue over democratie en rechtsstaat praat

De campagne voor de Bondsdagverkiezingen begint op stoom te komen. De Groenen trappen deze op zaterdag af in de Carl Benz Arena in Stuttgart. Dit is een langgerekte hal naast een immens voetbalstadion. Hier organiseren de Groenen een town hall met hun lijsttrekker Robert Habeck. In Nederland is hij geen bekende naam, maar hier in Duitsland is dat wel anders: Habeck is al jaren vice-kanselier en minister van Economische Zaken. In de peilingen strijden de Groenen met de SPD om de derde plaats.
Deze middag is een openbaar evenement dat bestaat uit twee delen. Eerst komen twee vrouwen aan het woord die namens de Groenen in hun kiesdistrict verkozen willen worden. Stuttgart bestaat uit twee van dit soort districten en in elk ervan heeft de Groene partij een directkandidaat, die de meeste stemmen van het district moet halen om meteen in de Bondsdag te komen. Een van de twee zit al in de Bondsdag. Na deze introductie van ongeveer een kwartier komt Habeck, die vervolgens een uur praat, onder veel applaus en gejuich.

Je moet er wat voor over hebben: er zijn een paar rijen stoelen voor ouderen en verder mag iedereen anderhalf uur staan. Een paar mensen zitten op de grond maar de grote meerderheid niet, al is het maar omdat de zaal simpelweg vol is. Net als bij de bijeenkomsten van de CDU staat hier honderden mensen die een uur lang onverstoorbaar naar een bekende politicus luisteren. Drie keer proberen vredesactivisten de boel te ontregelen maar zonder succes: ze worden weggeleid en Habeck vervolgt zijn verhaal.
Democratie
Habeck wil dat de problemen van nu niet met de oplossingen van gisteren worden opgelost. Politici moeten meer zelfkritiek hebben en niet alleen anderen de schuld geven. Landen zijn steeds meer met zichzelf bezig. Dat is een heilloze weg en dus moet Duitsland Oekraïne blijven steunen. Ook volgt er een pleidooi voor meer Europese samenwerking. Die is in tijden van Trump uiterst belangrijk en Duitsland moet daar ook na de Bondsdagverkiezingen een constructieve rol in blijven spelen, vindt Habeck.
Vrijheid en democratie zijn Habecks hoofdthema’s. Dit betekent niet het recht van de sterkste, zegt hij, maar dat macht moet worden begrensd. Dat geldt bijvoorbeeld voor algoritmes, die de democratie ondermijnen en dus gereguleerd moeten worden, zo houdt hij de zaal voor. Regeren met extreemrechts is uit den boze, briest Habeck, die het een historische fout noemt dat de FPÖ in Oostenrijk de kanselier gaat leveren. Hoe kun je nou geen coalitie door het politieke midden vormen als je weet dat het alternatief extreemrechts is?

Habeck hoort CDU-leider Friedrich Merz zeggen dat hij niet wil samenwerken met de AfD, maar Merz doet inmiddels migratievoorstellen die een kopie van die van de rechtsextremisten zijn. Habeck vindt dat Merz daarop terug moet komen en dat als hij dat doet, hij daar ook om geprezen mag worden: iedereen kan immers fouten maken. Het zit in het DNA van Duitsland om vluchtelingen welkom te heten, denkt Habeck, die vervolgens de grote demonstratie prijst die dezelfde dag in Berlijn plaatsvindt tegen extreemrechts.
Jesse Klaver
Dit soort massale bijeenkomsten zijn een Duitse traditie waar geen Nederlandse evenknie van bestaat. Bij ons gaan mensen niet op een hele zaterdagmiddag naar een bijeenkomst van een politieke partij en zeker niet als die vooral bestaat uit een speech van een uur, zonder enige poging die op te leuken. De Nederlandse evenknie van Habeck – Jesse Klaver – ging jaren geleden ook het land in. Echt vergelijkbaar waren die bijeenkomsten niet: Klaver sprak een kwartier, geen uur. Meer dan een half uur tikte hij nooit aan.
Bij Klavers ‘meet ups’ kwamen er meestal ook andere gasten, werd de boel opgeleukt met een cabaretier en waren er vooral vragen uit de zaal. Zou Klaver uit zijn hoofd een uur lang een zaal kunnen boeien met een inhoudelijk verhaal? Zou het Henri Bontenbal lukken zonder briefje, zoals zijn Duitse collega Friedrich Merz dat kan? Zie je Frans Timmermans op een partijcongres vijf kwartier een zaal toespreken die geboeid blijft luisteren, waar niemand wegloopt en waar journalisten vervolgens een inhoudelijk verslag over schrijven?
Na een paar weken Duitse verkiezingscampagne denk je: in Duitsland is de politieke cultuur simpelweg veel serieuzer. Hier speechen politici langer en beter en dat eist het publiek ook. Ze komen voor die inhoud en niet voor geklets. De media verwachten die inhoud eveneens en verslaan die ook. Als je dan vervolgens naar de uiteenzetting van Habeck over democratie en rechtsstaat luistert denk je: in Nederland zijn er nauwelijks politici die de inhoudelijke kwaliteiten hebben om dit zo te vertellen en er zijn nauwelijks kiezers of journalisten die dat überhaupt nog opmerken.
Beeld: zaal bij de Groenen, briefjes van vredesactivisten, scherm op het podium. Foto’s: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.