Waarom protesteren VVD-leden niet tegen het PVV-kabinet?
85% van de VVD-leden wil geen generaliserende en stigmatiserende uitspraken. Dat was de uitslag van een stemming over een motie op het VVD-congres van afgelopen zaterdag. Het partijbestuur vond de motie uitstekend. Dilan Yesilgöz was het er ook mee eens. Onwillekeurig denk je aan de woorden van staatssecretaris Nobel van participatie en integratie, die na de klopjacht op Joden in Amsterdam zei dat islamitische jongeren ‘voor een groot deel onze Nederlandse normen en waarden niet onderschrijven’.
Over Nobel geen woord, want bij de VVD houden ze het gezellig. Je zou het ook vrijblijvendheid kunnen noemen: er ligt nu een congresuitspraak die linea recta ingaat tegen de profileringsdrang van de staatssecretaris, maar het passeert alsof er niks aan de hand is. Nog zoiets: Ruim drie kwart van de VVD-leden stemt in met een pleidooi voor liberale kernwaarden en dat je moet opstaan als die worden geschonden. Het partijbestuur is het er wederom mee eens en Yesilgöz ook. In welk kabinet zit de VVD eigenlijk?
Yesilgöz praat in haar speech onder meer over migratie en integratie. Ik hoor haar zeggen dat Nederland ‘je land niet is’ als mensen ‘niet met twee benen in de Nederlandse maatschappij willen staan’ of ‘niet mee willen doen’. Het is vrij gemakkelijk gewone VVD-leden hetzelfde soort uitspraken te horen doen. Er dringen zich talloze vragen op over het verschil met de PVV, vooral omdat Jan en alleman met een Nederlands paspoort impliciet onder deze groep wordt geschaard.
Tegenstrijdigheden
De samenwerking met de PVV is bij de VVD intern een bron van onrust, terwijl de partij soms opmerkelijk dicht tegen Wilders aanschurkt. Hoe moeten we deze tegenstrijdigheden begrijpen? Misschien door te bedenken dat moties niet veel meer zijn dan wensen, verzoeken en adviezen, zonder bindende werking. Je zou kunnen denken dat het om een soort schaamlap gaat: eigenlijk zit de VVD in een coalitie met een partij die de rechtsstaat bedreigt, maar nu is alles op papier weer opgelost.
Het interessantste moment van dit congres vindt plaats in de middag, als oud-Kamervoorzitter Frans Weisglas wederom kritiek uit op de PVV-samenwerking. Yesilgöz reageert poeslief met frases als dat de rijen gesloten moeten blijven, dat intern debat goed is en dat als er dingen gebeuren die niet kunnen, de VVD dat voor of achter de schermen aan de orde zal stellen. Uit haar woorden is op geen enkele manier op te maken wat de rode lijnen van de VVD precies zijn.
Het is nog erger: we gaan die ook helemaal niet te horen krijgen. In de redeneertrant van Yesilgöz zegt de VVD soms iets, maar niet altijd in het openbaar. Waar de VVD wel en niet iets van zegt komen we dus niet te weten, laat staan om welke redenen men vindt dat bepaalde grenzen zijn overschreden. Het gevolg is dat bijvoorbeeld stigmatiserende uitspraken niet publiekelijk worden aangepakt, waardoor ze hun schadelijke werking in de maatschappij gewoon kunnen hebben.
Drie verklaringen
Bij de VVD doet men niet moeilijk over al dit soort dingen. Waarom eigenlijk? Waarom laten kritische leden zich met een kluitje in het riet sturen? Bij dit partijcongres zie je drie oorzaken.
Ten eerste is er de VVD als organisatie. Het gebrek aan openlijke tegenspraak is een functie van de gebrekkige partijdemocratie. Dat is al veel langer een probleem: die levert een cultuur op waarin principiële stellingnames geen gewicht in de schaal leggen en worden genegeerd. Ze zijn vooral een extra horde richting de borrel. Alleen iemand als Weisglas mag kritisch doen, want hij heeft zoveel statuur dat hij zich onafhankelijkheid kan permitteren. De rest niet, want dan val je op, ben je ongezellig en krijg je geen baantje meer.
Ten tweede is er een extreem gebrek aan diversiteit. De VVD is een hagelwitte club. Maar weinig leden worden echt geraakt door een kabinet waarvan de grootste partij continu minderheden schoffeert. Als je het VVD-leden expliciet vraagt, weten ze wel dat dat niet deugt en zeggen ze de juiste dingen: kijk de congresmoties er maar op na. Voor hen is het daarmee afgedaan. Dat allerlei minderheden met de brokken blijven zitten hebben de leden niet door en vrijwel niemand kan ze daar op het congres aan herinneren.
De derde reden is oppervlakkigheid. Zouden VVD-leden überhaupt goed weten wat begrippen als liberalisme, grondrechten en rechtsstaat betekenen? Er zijn weinig aanwijzingen dat ze de uitspraken van hun eigen coalitiepartners dan wel partijgenoten aan deze begrippen toetsen. Als VVD-leden deze begrippen goed zouden kennen en doorleven, was men nooit aan deze coalitie begonnen, had men Yesilgöz naar huis gestuurd toen ze over samenwerking met de PVV begon en zou Nobel nooit staatssecretaris zijn geweest.
Beeld: Scherm bij het VVD-congres. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.