In het onderzoek naar Arnold Karskens herken je de werkwijze van Forum
Deze week publiceerde Ongehoord Nederland een rapport over het vermeende grensoverschrijdend gedrag van Arnold Karskens. In het rapport staan harde conclusies en zo gebeurde iets wat iedereen zag aankomen: Karskens’ schorsing werd omgezet in ontslag. De ervaring van de afgelopen jaren laat zien hoe lastig dit soort onderzoeken zijn en hoe ingewikkeld het is om beschuldigingen over individuele personen overtuigend te onderbouwen. Dat maakt benieuwd hoe Ongehoord Nederland dat bij Karskens doet.
Het rapport stemt niet vrolijk. Niet zozeer omdat het om een onbekend onderzoeksbureau gaat dat geen ervaring met dit soort onderzoek lijkt te hebben, maar omdat het rapport basale lessen op het gebied van onderzoeksmethoden schendt. Dit zijn allemaal lessen die een gemiddelde bachelor-student al in zijn eerste jaar meekrijgt. De lijst problemen is lang, maar drie ervan springen in het bijzonder in het oog.
1. Feiten?
Dit rapport gaat over zaken als pestgedrag en intimidatie: uiterst subjectieve begrippen. De een vindt stemverheffing wel intimiderend, de ander niet. Dit rapport stelt continu dat er onder meer van intimidatie sprake is geweest, maar legt niet uit waarop dit is gebaseerd. Concrete gebeurtenissen ontbreken. Wat is er precies gebeurd en hoe kijken de medewerkers daar dan tegenaan? Gaat het rapport over dingen die medewerkers zeggen? Het heeft er alle schijn van, maar welke gedragingen liggen daar dan onder? Het staat nergens. Een citaat verduidelijkt dit:
‘Op het gebied van Ongewenst Gedrag en Geweld (OGGW) was er sprake van systematische intimidatie, verbaal geweld, pesten en machtsmisbruik. Medewerkers gaven aan zich vaak onveilig te voelen op de werkvloer en durfden misstanden niet te melden uit angst voor negatieve gevolgen. Hierdoor kon ongewenst gedrag voortduren zonder dat hier effectief op werd ingegrepen. De interviews bevestigen tevens dat seksueel getinte opmerkingen en grensoverschrijdend gedrag een negatieve invloed hadden op het werkklimaat.’
Er was niet alleen sprake van intimidatie, maar die was volgens het onderzoek ook systematisch. Wat maakt dat we dit zo kunnen noemen? Hoeveel medewerkers hebben dit verklaard? Op welke precieze voorvallen heeft dit betrekking? Is de definitie van intimidatie die de betrokkenen gebruiken hetzelfde? Of bedoelen ze eigenlijk verschillende dingen?
Hoe weten de onderzoekers eigenlijk dat de angst voor negatieve gevolgen ertoe leidde dat het gedrag kon voortduren? Is het uitgesloten dat er andere oorzaken waren? Er waren toch meer managers die dit gezien kunnen hebben? Of is er alleen sprake van een relatie die door de medewerkers wordt gelegd en is dit verder niet onderzocht?
2. Validiteit?
Subjectieve ervaringen zijn niet hetzelfde als feiten. Ze worden in dit rapport wel continu als feiten gepresenteerd. Zie hier een validiteitsprobleem: meet dit onderzoek wat het beoogt te meten? Juist hier heeft Ongehoord Nederland een groot probleem. Deze omroep vindt immers dat het publieke debat vrij moet zijn, dat mensen zich veel te snel racistisch, homofoob of vrouwonvriendelijk bejegend voelen en dat mensen zich niet zo moeten aanstellen. In dit rapport lijkt het alsof deze visie van Ongehoord Nederland helemaal niet bestaat.
In het rapport gaat het zonder enige schroom over inclusiviteit, een term die het door deze omroep bekritiseerde ‘woke’ gebruikt om te wijzen op het belang minderheden een volwaardige plaats in de samenleving te geven. Ongehoord Nederland is daar apert tegenstander van, maar in dit rapport zijn inclusiviteit en diversiteit opeens doelen geworden. Ze stonden intern onder druk. Dat vereist uitleg hoe het mogelijk is dat dit juist in deze organisatie speelt. Hoe valide, authentiek en geloofwaardig is dit?
3. Personen?
En misschien wel het grootste probleem: volgens dit rapport kent Ongehoord Nederland uiteenlopende problemen en die liggen allemaal aan Karskens. Drie keer gebruikt het rapport een interessant woord: ‘hoofdzakelijk’. Hier wordt een beoordeling gemaakt van de effecten die Karskens op de organisatie had en niet het effect van andere hoofdrolspelers, zoals mediadirecteur Peter Vlemmix, voormalig zakelijk directeur Reinette Klever of controversiële leden van de Raad van Toezicht zoals Gert Jan Mulder.
Hoe weten de onderzoekers dat het alleen Karskens was die voor alle ellende zorgde? Hoe is dat vastgesteld? Het heeft er alle schijn van dat ook dit de uitspraak van allerlei medewerkers is, maar daarmee is het nog niet waar. Je zou je minimaal kunnen afvragen of ook andere hoofdpersonen enorme steken hebben laten vallen, want al dat ellendige gedrag van Karskens vond voor hun neus plaats. Het rapport zegt daar niets over en trekt uiteindelijk alleen conclusies over de ontslagen voorzitter. Dat klopt niet.
FvD als voorbeeld
Dit rapport zou als onderzoeksverslag bij een bacheloropleiding geen voldoende krijgen. Iedere beoordelaar zou zeggen: het moet glashelder zijn welke methoden er zijn gebruikt en waar uitspraken op zijn gebaseerd. Dat geldt ook voor hoe bepaalde effecten van Karskens’ gedrag zijn vastgesteld en in hoeverre hier sprake is van meningen of feiten. Bij Ongehoord Nederland neemt men alle conclusies desondanks meteen over, terwijl verre van vaststaat dat wat Karskens wordt verweten klopt.
Waar kennen we dat ook alweer van? Er is bij Ongehoord Nederland intern verschil van mening tussen aanhangers van de PVV en die van FvD. Die laatste partij lijkt intern aan invloed te winnen: de koers wordt radicaler. Ondertussen is het juist FvD die eerder op dezelfde manier een partijbestuurder – Henk Otten – wegmoffelde met vage beschuldigingen die nooit werden bewezen, maar die wel in een rapport stonden waarin de suggestie werd gewekt dat er onderzoek naar was gedaan. Het diende allemaal slechts om een interne vijand weg te jagen.
In Hoe het allemaal misging praten kunstenares Tinkebell en ik deze week verder over dit onderzoeksrapport.
Beeld: aankondiging rapport over Karskens door Ongehoord Nederland.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.