Het is maar de vraag of de Amerikaanse democratie nog vier jaar Trump overleeft
Als je ervan uitgaat dat de Amerikaanse verkiezingen business as usual zijn, kun je rustig oude naslagwerken over het kiessysteem ter hand nemen om te begrijpen hoe de strijd gaat verlopen. Een voorbeeld is Einddoel Witte Huis waarvan Koen Petersen inmiddels meerdere versies heeft uitgebracht. De vraag is echter of er in november wel gewone verkiezingen zijn. Trump roept dat Amerikanen na deze verkiezingen niet meer hoeven te stemmen. Wat zijn procedures dan nog waard?
Die vraag is extra pregnant omdat Trump zijn verlies in 2020 nooit heeft erkend en een poging deed de inauguratie van Biden tegen te houden. We herinneren ons de beelden van de inname van het Capitool, toen Trump-aanhangers het gebouw binnendrongen en politici moesten worden geëvacueerd. De gebeurtenis laat zien dat de Amerikaanse democratie kwetsbaar is en verre van vanzelfsprekend. Hoe zit dat nu Trump wellicht een tweede termijn krijgt?
Een eerste antwoord vinden we bij Project 2025: een enorme berg plannen met in het oog springende voorstellen om de federale overheid te reorganiseren en onder directe controle van de president te brengen, met name het ministerie van Justitie. Volgens Biden is het een poging democratische controlemechanismen uit te hollen. Trump zegt dat hij er niets mee te maken heeft, maar meerdere van zijn oud-medewerkers zijn erbij betrokken.
Complexe materie
De kwetsbaarheid van de Amerikaanse democratie is complexe materie waar ook Amerika-deskundigen zich vaak niet aan wagen. Volkenrechtjurist Kenneth Manusama – die jarenlang in New York woonde – doet dat wel. In zijn boek Democratie van het Wilde Westen bespreekt hij de democratische rechtsstaat in de VS, die ervoor moet ervoor zorgen dat de meerderheid van de bevolking via verkiezingen beslist en dat de fundamentele rechten van Amerikanen worden gerespecteerd.
De vraag of de democratische rechtsstaat na een herverkiezing van Trump blijft bestaan, wordt in dit boek niet direct beantwoord. Dat kan ook niet, want niemand weet wat Trump precies gaat doen. Wel kunnen we met dit boek in de hand leren hoe problematisch die herverkiezing zou zijn. Dit boek gaat in op zeker drie problemen die gezamenlijk tot een onrustbarende conclusie leiden.
1. Bestuursstijl
Tijdens zijn eerste termijn herschreef Trump allerlei ongeschreven normen. De grondwettelijke kaders voor de president zijn vaag en summier, maar in de praktijk is hij almachtig, en vrijwel ongenaakbaar bij nationale veiligheid en buitenlandpolitiek. De president staat aan het hoofd van de uitvoerende macht, maar dat bleek iets anders te betekenen dan wat Trump zelf dacht. Hij wilde totale controle zoals hij die ook over zijn bedrijven heeft. Dat bleek niet mogelijk, met name bij het ministerie van Justitie.
Een belangrijk kenmerk van democratieën is dat er wederzijdse tolerantie is: politici zouden elkaar als legitieme rivalen moeten zien. Dat doet Trump niet: hij gebruikt oorlogsretoriek tegen concurrenten en journalisten en kent geen terughoudendheid bij het uitvoeren van zijn bevoegdheden. Dit leidt ertoe dat zijn macht in de praktijk alleen wordt beperkt door de wettelijke kaders. Maar die zijn juist ruim. Dat dit tot zorgen leidt over een nieuwe termijn als president, ligt voor de hand.
2. Verkiezingsorganisatie
De vraag is dan hoe eerlijk de verkiezingen zijn. Manusama gaat in op hoe de verkiezingen zijn georganiseerd. In Amerika worden leden van het Huis van Afgevaardigden en de Senaat direct gekozen. Verder is er continue strijd over het kiesrecht en de uitslagen. In de Amerikaanse grondwet staat nergens dat iedereen het recht heeft te stemmen. De federale overheid is het vaak oneens met staten hoe verkiezingen moeten verlopen. Elke staat bepaalt dat in principe zelf.
We komen dan bijvoorbeeld bij gerrymandering: de indeling van kiesdistricten. Je kunt deze zo vormgeven dat een bepaalde partij in het voordeel is. Je kunt bijvoorbeeld districten maken met veel zwarte kiezers. Zij stemmen vrijwel altijd op de Democraten en zo vallen die districten vrijwel zeker toe aan die partij. Als je daarnaast genoeg andere districten maakt met weinig zwarte kiezers, is de kans groot dat die voor de Republikeinen zijn. Zo kun je met een minderheid van de kiezers toch een meerderheid proberen te halen.
Het stemrecht is in de VS sowieso een speelbal van witte belangen. Conservatieven wensen openlijk beperkingen. Om ‘ongewenste kiezers’ uit het stemhokje te weren worden kieslijsten gezuiverd, waar vooral arme Amerikanen het slachtoffer van worden. Ook wordt met verplichte registratie een drempel opgeworpen. Bij elkaar kan dit allemaal leiden tot permanent Republikeins bestuur, al vormen de aanhangers een minderheid van de bevolking.
3. Racisme en religie
Daar komt een combinatie van racisme en religie bovenop. Het slavernijverleden loopt als een rode draad door de Amerikaanse geschiedenis. Ook na de afschaffing ervan was er geen politieke gelijkheid. Die kwam er juridisch pas in 1965. Zwarte Amerikanen hebben hun achterstand nooit ingelopen. De eerste zwarte president had enorme symbolische waarde, maar leidde ook tot wit ressentiment. White supremacists weten intuïtief dat Trump aan hun kant staat.
Daar komt een religieuze strijd bovenop: het idee dat Amerika als christelijk land is bedoeld. Manusama noemt dat een Amerikaanse versie van de Taliban. De scheiding van kerk en staat en religieuze vrijheid zijn voor deze witte christenen geen vanzelfsprekendheden. Protestant-christelijke stromingen zouden volgens hen de boventoon moeten voeren. Conservatieve christenen proberen het tij van de secularisering te keren, maar slagen daar niet in: steeds minder Amerikanen zijn religieus.
Christelijk is vaak een codewoord voor wit. Trump vecht in de ogen van zijn aanhangers voor een door God gegeven raciale, hiërarchische orde. Wit christelijk nationalisme moet de Amerikaanse maatschappij in stand houden. Religie wordt gebruikt als een rechtvaardiging om minderheden te onderdrukken, gelijkheid van mannen en vrouwen te betwisten en LHBT-rechten aan te vallen. Conservatieve republikeinen, conservatieve en christelijke evangelisten hebben elkaar rond Trump gevonden.
Hoe verder?
Zo komen de bestuursstijl van Trump, onenigheid over verkiezingen en wit conservatief christendom in een desastreuze mix samen: de totstandkoming van het presidentiële mandaat is sowieso betwistbaar, Trump zal zijn macht maximaal gaan gebruiken, zich niets aan zijn politieke tegenstanders gelegen laten liggen en zijn oren laten hangen naar witte christelijke kiezers die niets ophebben met de rechten van vrouwen en minderheden. Een rampzalig scenario.
Trump, zo schrijft Manusama, is tegelijk slechts een symptoom. Obama’s verkiezing heeft geleid tot een overname van de Republikeinen door extreme elementen met eeuwenoude angsten en standpunten. Een tanende christelijke, witte meerderheid dreigt de minderheid te worden. Dat leidt ertoe dat een deel van deze groep de democratie voortaan op de tweede plaats zet.
Beeld: omslag boek Kenneth Manusama (bewerkt).
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.