Discussie over lokale GroenLinks-PvdA fusie mag wel wat zakelijker
Een kort maar veelzeggend bericht. In Den Helder is er voorlopig geen sprake van een fusie tussen GroenLinks en PvdA. Er komt geen gezamenlijke deelname aan de gemeenteraadsverkiezingen van 2026. Er is ‘een constructieve verstandhouding tussen de twee fracties’ en ze hebben al samen campagne gevoerd, maar de partijen vinden de inhoudelijke verschillen te groot, schrijft de regionale omroep. De lokale GroenLinks-voorzitter twijfelt nu al over fusie in 2030. Wat hiervan te denken?
De meningen over nut en noodzaak van fusie tussen GroenLinks en PvdA verschillen. We zien nu waar de tegenstanders altijd al voor hebben gewaarschuwd: met de fractiefusie in de Eerste en Tweede Kamer en de gezamenlijke verkiezingsdeelname aan de Europese verkiezingen, zijn beide partijen hun landelijke uitstraling kwijt. Er is dus weinig reden aan te nemen dat het fusieproces niet gewoon verder gaat, of ze er in Den Helder nou zin in hebben of niet.
Politieke partijen zijn verenigingen, geen bedrijven. Waar in het bedrijfsleven een kleine groep bestuurders knopen doorhakt, moeten partijbestuurders steeds weer naar de leden om bij elke afzonderlijke fusiestap toestemming te vragen. Dat is het meest pregnant bij de gemeenteraadsverkiezingen, waar heel veel lokale afdelingen hun fiat moeten geven voor samenvoeging. De twee partijvoorzitters benadrukken telkens dat het allemaal aan de leden is. Dat werkt nogal verschillend uit.
Weinig enthousiasme
In Amsterdam hebben de afdelingen er niet zoveel zin in, in Haarlem en Leiden ook niet. In Brabant is het beeld wisselend. De meest logische gok is dat in gemeenten waar de twee partijen alleen samen een machtsfactor van betekenis kunnen worden, fusie logisch is: aantrekkelijk voor partijen, politici én stemmers. Als een of beide partijen voor een invloedrijke positie geen fusie nodig heeft – zoals in Amsterdam, Haarlem en Leiden – begint men er liever niet aan.
Een machtsfactor, dat is links in Den Helder al heel lang niet meer. Ruim twintig jaar geleden had de PvdA hier acht zetels, GroenLinks hing er een beetje bij. Tegenwoordig hebben beide partijen twee raadsleden. Bij GroenLinks is dat meer dan ooit: het was er jarenlang maar eentje. Een deuk in een pakje boter slaan, dat zit er sowieso niet in, zelfs niet in gefuseerde vorm: twee lokale partijen waren bij de laatste verkiezingen groter dan de – nog niet-bestaande – linkse combinatie.
Als je de discussie over een lokale fusie van GroenLinks en PvdA serieus neemt, moet je eerlijk zijn: het is op zichzelf natuurlijk vanzelfsprekend om de leden hierover te laten beslissen, maar lokale partijafdelingen stellen bijna nergens nog iets voor, zeker in kleine en middelgrote gemeenten niet. Den Helder is een goed voorbeeld. De afdelingen hebben een ledenlijst van enkele tientallen mensen waarvan slechts een klein deel actief is. En deze kleine clubjes gaan over de toekomst besluiten?
Kleine afdelingen
Kijk naar GroenLinks. De Helderse fractie heeft twee van de 31 zetels: Marije Boessenkool – zes jaar raadslid – en Marja Timmers, die ruim twintig jaar geleden ook al eens raadslid was. Commissielid Nel Dol zat tot zes jaar geleden in de gemeenteraad. De voorzitter van de lokale afdeling is eveneens commissielid en ook een andere afdelingsbestuurder ondersteunt als commissielid de raadsfractie. Afdelingsbestuurders zouden de fractie plus commissieleden moeten controleren. Tja.
De spoeling bij de Helderse PvdA is iets minder dun, vooral omdat de fractie hier twee jaar geleden is vernieuwd, maar we moeten niet overdrijven: raadslid Ben Spandaw is al twaalf jaar in allerlei functies actief. Monica Anthonijsz was raadslid en is nu commissielid. De wethouder is al meerdere periodes actief in deze functie. Ook bij de PvdA is een afdelingsbestuurder actief als commissielid. Hij kan de raadsfractie dus niet controleren, terwijl dat wel zou moeten.
Hoe zouden die vergaderingen over de Helderse fusie eruitzien? Is er überhaupt een zakelijke discussie mogelijk? De mensen aan tafel hebben allemaal een persoonlijk belang. Dat kan twee kanten op. De vrijwilliger die uit plichtsbesef nog steeds in het lokale bestuur zit omdat er geen opvolger is, zal fusie toejuichen vanwege de kans om eindelijk eens te kunnen vertrekken. Kandidaten zien de kans op hun gegarandeerde hoge plaats op de kandidatenlijst juist verschrompelen. De tweede groep is groter dan de eerste.
Inhoudelijke verschillen
Als er toch inhoudelijk debat ontstaat, blijkt de maatschappelijke worteling heel verschillend, precies waar fusie-tegenstanders altijd al voor waarschuwden. De PvdA heeft een geschiedenis als arbeiderspartij die sociaaleconomische verschillen op één zet en minder heeft met duurzaamheid, zo geven de Helderse betrokkenen toe. Bij woningbouw zet de PvdA minder in op duurzaamheid dan GroenLinks. De PvdA wil wel een SMR in Den Helder, GroenLinks is mordicus tegen.
Niet dat de gemeente daarover gaat, maar veelzeggend blijft het. Landelijk doen GroenLinks en PvdA alsof rood en groen prima in één partij passen en elkaar niet bijten, in Den Helder is men daar nog niet erg van overtuigd, hoe vaak Jesse Klaver en Frans Timmermans deze boodschap ook herhalen.
Daar is een tweede voorbeeld van: inclusie. GroenLinks is erg voor, bijvoorbeeld op het gebied van gender en arbeidsbeperking. Bij de PvdA in Den Helder ‘is dat minder een onderwerp van gesprek’, mailt een betrokkene. Zie hier een groot ‘cultureel verschil’, aldus een lokaal understatement. Tegen inclusie is niemand, maar bij GroenLinks ligt dit nadrukkelijk in de etalage, bij de PvdA niet. Daar willen ze dit soort dingen wel regelen, maar ze weten ook dat ze er verder geen stemmen mee trekken.
Opeens denk je: hoeveel mensen vallen in Den Helder eigenlijk onder het sociaal minimum? Het antwoord is: heel veel. Als je dan zo nodig wilt fuseren, kun je je strategie vermoedelijk beter niet aan de lokale afdelingen overlaten. Die zijn zelfs tegen fusie als ze hun eigen kandidatenlijsten maar nauwelijks kunnen vullen.
Beeld: Logo GroenLinks-PvdA bij partijcongres. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.