Weemoed en vergankelijkheid: we zullen nooit weten wat sommige Europarlementariërs deden
Het is een bijzondere week in Straatsburg: de laatste plenaire vergadering van het Europees Parlement voor de Europese verkiezingen. Voor heel wat Europarlementariërs is dit de laatste keer dat ze naar Frankrijk komen. Een van hen is Paul Tang (PvdA). Dinsdagmiddag organiseert hij een afscheidsborrel. Het is tijd voor wat anders, zegt hij. Tang liep tien jaar in Brussel en Straatsburg rond. Een paar meter verder staat Vera Tax, ook van de PvdA. Zij houdt het al na vijf jaar voor gezien.
Europarlementariërs zijn een raar genre politici: de enige direct gekozen volksvertegenwoordigers in Europa, met een soort landelijke uitstraling, maar ze slagen er nauwelijks in bekend te worden. Ze hebben bijna nooit een fanbase en in de media zie je ze uiterst weinig. In dit parlement kun je vijf jaar rondlopen, om vervolgens te moeten concluderen dat werkelijk niemand ooit enige interesse in je opvattingen heeft getoond. Veel meer dan trotse ouders zit er soms niet in.
Normaal is er weinig interesse in het Europees Parlement, maar deze week is alles anders. Er is in de perszaal geen bureau vrij, bij de ingang staat een lange rij en werkelijk overal lopen cameraploegen. Ook de Nederlandse media laten van zich horen. Een team van Nieuwsuur loopt met een microfoon rond, de Nieuws BV volgt Anja Haga (ChristenUnie) en Omrop Fryslan is drie dagen aanwezig om alle Europarlementariërs te ondervragen die ook maar iets met Friesland hebben.
Mediastilte
Waren er normaal maar zoveel journalisten. Dan hadden we geweten welke Europarlementariërs het hardst hebben gewerkt, wie de beste resultaten heeft neergezet en welke Nederlanders zelfs in Brussel en Straatsburg geen enkele naam hebben opgebouwd. Hoe weinig aandacht er is voor het werk van Europarlementariërs, blijkt als zeker vijf van hen me aanspreken op een tabel die ik onlangs maakte over de wetgevende activiteiten van Nederlanders in de afgelopen periode.
Je kunt de getallen in deze tabel gewoon van de website van het Europees Parlement halen. Dit was echt geen onderzoeksjournalistiek, maar kennelijk is het toch bijzonder. De conclusie is bijzonder ontnuchterend: van de twee Nederlanders die het beste scoren is Samira Rafaela (D66) niet herkiesbaar en valt Jeroen Lenaers (CDA) op basis van de peilingen net buiten de boot. Het illustreert de desinteresse in wat Europarlementariërs echt doen, zelfs bij partijen die de EU een warm hart toedragen.
Diepgaande analyses over wat Europarlementariërs uitvoeren ontbreken. Niemand lijkt de moeite te nemen eens te vragen wat de FvD-overwinning in 2019 (vier zetels) heeft opgeleverd. Zo kwam er een Europarlementariër – Dorien Rookmaker – die hogesnelheidslijnen bepleit. Was dat nou wat FvD-stemmers wilden? Een ander – Rob Roos – werd een bekende naam op sociale media, maar had hij ooit echt impact? Waar is Rob Rooken eigenlijk gebleven? Wat heeft hij meer gedaan dan stemmen en geld vangen?
De vragen over de Nederlanders zijn eindeloos en het lijkt er niet op dat iemand ze ooit gaat stellen. Journalisten kijken naar de plannen en meningen, niet naar oude prestaties die waarschijnlijk de beste indicator zijn voor de toekomst. Hoe kan het bijvoorbeeld dat de PVV een man kandideerde – Marcel de Graaff – die overstapte naar FvD en zulke rabiate pro-Russische onzin uitkraamt dat zelfs de extreemrechtse ID-fractie hem aan de kant zette? Wat zegt dat over de PVV?
vergankelijkheid
Zonder kritisch publiek word je teruggeworpen op jezelf en je directe omgeving. Is het allemaal de moeite waard geweest? Deze vraag is het meest pregnant bij Europarlementariërs die niet terugkeren. Hoe kijken ze terug op deze vijf jaar? Is er weemoed? Deze laatste keer naar het verre Straatsburg lijkt een prima moment om te reflecteren op de vergankelijkheid van het bestaan en de dingen die voorbijgaan, al is het maar omdat veel nooit door de buitenwereld wordt opgemerkt.
Samira Rafaela (D66) blijft zich verbazen dat haar wetgeving – bijvoorbeeld over dwangarbeid – de media niet haalt. Ze is tevreden met haar resultaten en denkt dat die een tweede periode sowieso niet snel beter zouden zijn. Je moet als Europarlementariër ook een klein beetje wind mee hebben. Het is maar de vraag of die er blijft. Ze kan weleens gelijk hebben: het Parlement wordt rechtser en het is twijfelachtig of er de komende jaren grote wetgevingsinitiatieven op stapel staan.
Rob Roos (ex-FvD, ex-JA21) lijdt ook niet onder zijn naderende afscheid. De ondernemer ontwikkelde zich tot een bekende rechtse stem op sociale media en spreekt tegenwoordig op allerlei internationale conferenties. Hij is sinds een paar maanden weer partijloos en dan houdt je politieke carrière gewoon op. Zijn fans drongen erop aan dat hij verder ging, maar hij wil niet voor de derde keer bij een geflopte partij zitten. Spijt van zijn vertrek bij JA21? Dat heeft hij niet.
Geen weemoed
Ook Annie Schreijer-Pierik (CDA) heeft geen last van weemoed. Ze is blij dat ze ruim dertig jaar volksvertegenwoordiger is geweest, waarvan de laatste tien jaar in Europa. Ze is dankbaar dat haar achterban haar altijd trouw bleef. Dat haar voormalige assistent nu bij BBB zit, vindt ze geen probleem: ze is blij dat BBB een competente lijsttrekker heeft, al blijft ze zelf bij het CDA. Ze is dankbaar voor de waardering die ze onlangs publiekelijk kreeg van de nieuwe lijsttrekker Tom Berendsen.
Er zijn ook Europarlementariërs die terug willen komen, maar voor wie het er slecht uitziet. Michiel Hoogeveen (JA21) houdt de moed erin: de peilingen stijgen. JA21 staat al op ruim één procent. Dit moet slechts verdrievoudigen voor een zetel. Hoogeveen is trots dat hij actiever was dan veel van zijn collega’s op de rechterflank. Dat zou hem credits op moeten leveren, maar zo werkt het niet. Zijn politieke toekomst hangt af van de politieke situatie in Nederland. Helaas.
Een ander voorbeeld is Anja Haga (ChristenUnie). Haar partij haalt de kiesdrempel in de laatste peiling niet. Dinsdag staat ze bij een stand van Dopper om aandacht te vragen voor plasticvervuiling. Nuttig natuurlijk, maar dit is ook haar zwakke plek. Alle christelijke en conservatieve thema’s lijken inmiddels opgeslokt door de SGP. Haga is bezig met plasticvrij leven en het klimaat. De ene na de andere buitenstaander denkt dat ze binnenkort haar biezen moet pakken.
De afdronk
Zo komen we bij de afdronk. Agnes Jongerius (PvdA) is blij dat het voorbij is. Ze boekte resultaat in de strijd om een Europees minimumloon, maar vindt het nu wel mooi geweest. Een Europarlementariër pakt elke maandag zijn koffer en komt pas dagen later weer thuis. Je agenda is altijd vol. Niet een tijdje, maar jarenlang. Dat kun je niet eindeloos blijven doen. Een collega zegt dat zijn politieke carrière hem bijna zijn huwelijk heeft gekost en dat het daarom beter is te stoppen.
Dat zijn natuurlijk zeer reële punten, al blijf je sommige afzwaaiers ervan verdenken dat ze liever zouden blijven. Europarlementariër blijft immers de bestbetaalde politieke functie waar je continu je snor kunt drukken. Niemand die het doorheeft.
Beeld: Paul Tang bij zijn afscheidsborrel. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.