Wie ondermijnt democratie en rechtsstaat? Wilders of zijn kiezers?
Is er crisis in de democratie? Steeds meer burgers stemmen op populistische en rechts radicale partijen, die de democratie en rechtsstaat onder druk zetten. Heeft de kiezer dit zo gewild, vraag je je af. De Amerikaanse politicoloog Larry M. Bartels heeft er zijn twijfels over en heeft die uitgewerkt in een – juist voor Nederland – uiterst actueel boek: Democracy erodes from the top.
Bartels bekritiseert wat hij de folk theory of democracy noemt. In deze theorie wordt een verband verondersteld tussen de voorkeuren van burgers en de beslissingen van politici. Hoewel burgers niet direct bepalen wat hun leiders besluiten, bestaat er wel een duidelijke relatie. Plat gezegd: als politici de democratie en rechtsstaat in gevaar brengen, heeft dat een verband met wat burgers willen. De publieke opinie zorgt er vroeg of laat voor dat politici democratie en rechtsstaat aanvallen.
De stelling van dit boek is dat dit een onzinnig idee is. Er is volgens Bartels juist geen sterk verband tussen de publieke opinie en de afbraak van democratie en rechtsstaat. Hij kijkt daarbij met name naar landen als Polen en Hongarije, waar dit proces de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden. Het zijn precies de ervaringen daar, die maken dat er zorgen bestaan over een kabinet met de PVV, een partij die veel standpunten deelt met politieke leiders als de Hongaarse premier Orban.
Heel veel cijfers
In dit boek vat Bartels op basis van grootschalige enquêtes de trends in de publieke opinie in Europa tussen 2002 en 2019 samen. Hij focust zich op meningen die vaak in verband worden gebracht met het stemmen op populistische partijen zoals economische onvrede, kritiek op migratie, wantrouwen in politieke elites en weerzin tegen de Europese Unie. De conclusie van deze tientallen pagina’s laat zich gemakkelijk samenvatten: de publieke opinie is al twintig jaar opmerkelijk stabiel.
Het idee dat de publieke opinie in Europa is omgeslagen in rechts radicale richting is simpelweg onjuist, aldus Bartels. Er is de afgelopen jaren juist ontzettend weinig veranderd. De publieke opinie kan de populariteit van rechts radicale partijen niet verklaren. Deze lijkt meer te komen door het aanbod van deze partijen dan door de vraag. Partijen als Vox (Spanje), Lega (Italië) en UKIP (Groot-Brittannië) werden niet populair omdat er een rechts sentiment opkwam. Soms nam dit sentiment zelfs af.
Het succes van rechts radicale partijen is beter te verklaren door charismatisch leiderschap, over-the-top berichtgeving en schandalen bij de concurrentie, stelt Bartels. Toch wordt de populariteit van deze partijen regelmatig geduid als bewijs voor een fundamentele omslag in de publieke opinie. Onbewust dwalen je gedachten af naar de BBB-winst van vorig jaar. Was die nou het resultaat van een veranderde publieke opinie of van onkritische mediaberichtgeving?
Polen en Hongarije
De afbraak van democratie en rechtsstaat in Polen en Hongarije is niet gerelateerd aan kiezerswensen. Er was volgens Bartels sprake van ‘conventioneel-ogende conservatieve partijen’ die pas na de verkiezingen democratie en rechtsstaat begonnen af te breken. Het is vooral ander beleid dat kiezers naar partijen als Fidesz (Hongarije) en PiS (Polen) trekt. Die partijen zorgden bijvoorbeeld voor meer welvaart, hetgeen het vertrouwen in de democratie zelfs deed toenemen, terwijl de rechtsstaat werd afgebroken. Bartels schrijft (pag.15):
‘While ordinary citizens in these cases were guilty of prioritizing the quality of their daily lives over democratic institutions and procedures, they were little more than passive bystanders to the erosion of democracy.’
Het probleem van dit boek laat zich enigszins raden: Bartels hanteert een helikopterblik. Burgers hebben veel meer meningen dan hij bespreekt en het is maar de vraag of burgers die Fidesz en PiS stemden helemaal niets wisten van de manier waarop deze partijen met democratie en rechtsstaat wilden omgaan. Toch lijkt Bartels ook een belangrijk punt aan te boren, juist voor Nederland. De vraag is: wie initieert nu eigenlijk discussie of twijfel over democratie en rechtsstaat?
In Nederland is dat precies zoals Bartels schrijft: er is niet of nauwelijks bewijs dat Nederlandse burgers een discussie over democratie of rechtsstaat wensen. Het feit dat de formatie hier wekenlang over gaat, komt van politici, niet van kiezers. De populariteit van PVV heeft allerlei verklaringen, maar niet dat kiezers de democratie willen ondermijnen. Nu diezelfde kiezers weer passieve toeschouwers zijn geworden, moeten we maar hopen dat het allemaal goed afloopt.
Beeld: deel van de omslag van Democracy erodes from the top.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.