Durven Volt-kandidaten de waarheid over de EU te vertellen?

Er zijn in juni Europese verkiezingen, maar het enthousiasme bij de Volt-leden houdt niet over. Deze week organiseert de partij drie avonden om kennis te maken met de kandidaten voor het Europees Parlement. Het is een rare gewaarwording: de Europese kandidatenlijst is het product van onderonsjes tussen vrienden en daarmee een overduidelijk signaal dat niet alle sollicitanten gelijk zijn. De kennismaking suggereert het omgekeerde: elke avond komt een willekeurige selectie van kansrijke en volstrekt kansloze kandidaten langs.
Leden willen waarschijnlijk alleen kennismaken met de kandidaten die – terecht of niet – hoog op de advieslijst zijn gezet. Ondertussen maakt de stemprocedure, zo zeggen meerdere leden, de kans dat er nog iets verandert minimaal. Dit geeft de leden twee redenen om deze avonden te negeren en dat is ook precies wat ze doen. Er zijn woensdagavond op het partijkantoor vijf leden die geen kandidaat zijn en geen directe bijdrage leveren aan de sessie. Via de livestream zijn nog eens dertig leden ingeschakeld.
Volt wil een democratische en effectieve EU. Een mooi streven, maar dan moet je wel weten hoe dat te doen. Het stelt hoge eisen aan de politici van Volt, terwijl het maar de vraag is of ze daaraan voldoen.
Expertise gevraagd
Het gaat de helft van deze avond over zaken die het Europees Parlement helemaal niet kan regelen. Volt wil dat de EU een geopolitieke speler wordt met een gezamenlijk buitenland- en defensiebeleid. Om dat te realiseren moeten de verdragen worden gewijzigd. Tja, daar gaan de lidstaten over. Het Europees Parlement kan vooral aan de zijlijn pleiten voor veranderingen, maar kan die wijzigingen niet zelf initiëren. Voor de ambitie de EU democratischer te maken – wat dat ook moge betekenen – geldt hetzelfde.
Toch praat Volt deze avond bloedserieus over de vraag of de EU het beleid eerst moet harmoniseren of dat er eerst meer democratie moet komen. Ook horen we dat lidstaten hun veto’s moeten inleveren en dat er op Europees niveau ‘een permanent burgerberaad moet komen dat bindende uitspraken doet’. Dit vraagt allemaal om verdragswijzigingen die er wellicht nooit komen, maar zelfs als ze er komen hebben Europarlementariërs er nauwelijks een rol in. Ook die van Volt niet.
Sommige kandidaten lijken dit wel te snappen. Zij zeggen dat verdragswijzigingen tijd kosten. Dat is waar, maar ze vergeten erbij te zeggen dat die wijzigingen niet uit het Europees Parlement komen. De Europarlementariërs mogen alleen aan lopende detailvoorstellen van de Europese Commissie schaven. Wat de kandidaten op al die inhoudelijke thema’s aan ambities hebben raakt ondergesneeuwd tussen alle zaken waar Europarlementariërs niet over gaan. Hoe moeten de Volt-leden nu een beargumenteerde keuze maken, vraag je je af.
Een communicatieprobleem
Gelukkig is er ook een eenvoudigere vraag: hoe krijgt Volt meer mensen naar de stembus? Dit is nogal een issue aangezien de opkomst bij de Europese verkiezingen altijd ruimschoots onder de vijftig procent ligt. Het zou de Europese democratie natuurlijk helpen als Volt hier ideeën over heeft en het Europees Parlement straks door de hoge opkomst meer legitimiteit krijgt. Dan kunnen de Europarlementariërs voortaan vol trots zeggen dat zij de meerderheid van de Europese burgers vertegenwoordigen.
Volt blijkt daar geen nieuwe ideeën over te hebben. We horen dat Volt moet communiceren dat de EU geen buitenland maar binnenland is, de media meer opzoeken, de boodschap leuker brengen, met de mensen in gesprek gaan en vooral de EU zo concreet mogelijk maken. De EU is persoonlijk relevant, want het gaat over een lagere energierekening, de isolatie van je huis en goedkopere treinkaartjes. Er moet ook een EU-breed nieuwsmedium komen. Het ontgaat de kandidaten dat dit allemaal al is geprobeerd.
Zo leren we over de oppervlakkigheid van hoogdravende mensen. Het is uitgesloten dat sommige kandidaten – zeker de hier aanwezige nummers drie en zeven – niet beter weten dan al dit gebabbel. Kennelijk twijfelen ze of de Volt-leden deze onaangename boodschappen wel aankunnen. Het heeft er alle schijn van dat realisme over wat ze als Europarlementariërs in Brussel en Straatsburg kunnen bereiken hun plaats op de kandidatenlijst in gevaar brengt. Dat klinkt immers helemaal niet positief.
Zo blijven misverstanden over het Europees Parlement eindeloos rondzingen.
Beeld: moderator Bjorn Beijnon enthousiasmeert de zaal. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.