Rara in welke fractie zijn na de verkiezingen de minste problemen?
Versnippering bestond al op de rechter- en linkerflank, maar is nu ook doorgedrongen tot het politieke midden. Het levert een enorm probleem op: kan iemand vertellen wat de verschillen tussen CDA, BBB en NSC zijn? Bij deze vraag moet ik denken aan Meindert Fennema die me ooit de rationale van dit soort versnippering uitlegde: het gaat om het narcisme van het kleine verschil. De verschillen tussen CDA en BBB zijn weliswaar klein en die met NSC ook, maar de betrokkenen vinden ze wel ontzettend belangrijk.
Versnippering in het politieke midden gaat sowieso niet over de politieke inhoud: de verkiezingsprogramma’s zijn ongetwijfeld niet hetzelfde, maar als er eenmaal is geformeerd ziet iemand nog al te veel verschil. We kunnen ons dus beter afvragen wie de kandidaten van deze partijen zijn. Het gaat dan niet om de leiders, maar om wie ze in hun kielzog meenemen. Daar heeft niemand het over, terwijl dit voor de realisering van alle beloften essentieel is.
Eens zien welke verschillen we tussen de drie middenpartijen kunnen ontwaren.
De vrienden van BBB
Heeft BBB een goede kandidatenlijst? In de top tien zien we nogal wat namen die de wenkbrauwen doen fronzen. Gijs Tuinman (nr. 3) lijkt verdwaald, Henk Vermeer (nr. 4) kan niet uitleggen waar het geld van de BoerBurgerBoeken is gebleven, Lilian Helder (nr. 5) is medeplichtig aan dertien jaar islam bashing en Claudia van Zanten (nr. 7) werd in Amsterdam nooit op enige vorm van sympathie voor boeren betrapt. Dat geldt ook voor Nicki Pouw (nr. 9). We hebben de scheldende docent van Saxion niet nodig om te zien dat BBB een raar allegaartje is.
Nog niet overtuigd? Kijk naar de provincies. Er zit een wappie-gedeputeerde in Groningen die alleen na diepe excuses kon worden benoemd. Er zit een zielsverwant in Zuid-Holland. Een Gronings Statenlid nam na willekeurige scheldpartijen tegen journalisten de benen, de niet zo competente fractievoorzitter in Utrecht had opeens een andere uitdaging gevonden, de Noord-Brabantse fractievoorzitter verklootte de formatie en een Flevolandse gedeputeerde disfunctioneerde net lang genoeg voor wachtgeld.
De ondermaatse personele invulling van BBB kan nauwelijks verbazen als we kijken hoe de partij de kandidatenselectie organiseert. Dit gebeurt informeel op basis van persoonlijke netwerken en losjes gevormde teams. Als je goed in het team ligt, mag je op de lijst. Goede connecties in het BBB-netwerk zijn dus genoeg voor een plek, niet formele kwaliteiten of ideologische overeenkomsten. De leden keuren de lijst weliswaar goed, maar kunnen niet echt iets veranderen.
De CDA’ers van NSC
Of NSC dit beter doet blijft afwachten. De kandidaten ogen degelijk en competent met allerlei functies die suggereren dat ze brede ervaring hebben. De belangrijkste vraag is waar ze precies voor staan: interviews worden niet of nauwelijks gegeven, wat suggereert dat de kandidaten vakkundig uit de media worden gehouden. De vraag of Omtzigt een rechtse coalitie met de PVV mogelijk gaat maken hangt juist van deze mensen af. Hoe ze over die fundamentele vraag denken is onbekend.
Het zijn vooral de kandidaten met politieke ervaring die vragen oproepen. Nicolien van Vroonhoven (nr. 2), Eddy van Hijum (nr. 6) en Wytske Postma (nr. 11) zaten al eens in de Tweede Kamer voor het CDA. NSC zegt te staan voor een nieuwe bestuurscultuur, maar het is nogal twijfelachtig of juist deze mensen die gaan brengen. Ze zijn in het verleden nooit opgevallen. De vraag is dan ook waarom ze bij NSC zitten. Het heeft er alle schijn van dat CDA’ers worden gerecycled die aan het einde van hun politieke loopbaan waren gekomen.
Rara waarom krijgen we geen interviews met Eddy van Hijum, die ruim tien jaar voor het CDA in de Tweede Kamer zat en tot begin dit jaar gedeputeerde was in Overijssel? Zou hij in staat zijn uit te leggen waarom hij is overgestapt naar Omtzigt, waarom het CDA heeft afgedaan en wat er beter is aan NSC? Hetzelfde geldt voor iemand als Diederik Boomsma (nr. 21) die de schijn wekt dat hij bij het CDA niet door de selectie kwam, om welke reden dan ook. Dan is de overstap snel gemaakt.
Interne democratie
Er is vast ontzettend veel mis met het CDA. Je kunt ongetwijfeld boeken vol schrijven hoe vreselijk Wopke Hoekstra is, hoe verstikkend de partijcultuur en hoe vervelend de prominenten. Het is vast allemaal waar, maar één ding weten we ook: de kandidatenselectie is op orde. De procedures zijn goed doordacht, afdelingen stemmen over de lijst en zo hebben leden invloed op wie er in de Kamer komt. Sollicitaties worden serieus afgenomen en er kijken heel veel ogen mee om mislukkingen te voorkomen.
Interne democratie wordt steevast een extreem saai onderwerp gevonden, omdat de meeste mensen geen partijlid zijn en daarom sowieso niet mee kunnen beslissen, of de kandidatenlijsten nou democratisch tot stand komen of niet. Dit miskent dat een democratische procedure uitgaat van het veel ogen principe. Duizenden leden kunnen eventuele twijfels of bezwaren uiten en die vervolgens bespreken. Zo komen alleen de beste kandidaten door de selectie en worden brekebenen vrijwel altijd weggefilterd.
Vergelijk dat eens met BBB, waar de leden formeel met de kandidaten instemmen, maar de procedures zo schimmig zijn dat van echte invloed geen sprake is. Bij NSC hebben de leden vooralsnog helemaal geen invloed. Alleen een groep HRM’ers heeft gekeken of de kandidaten geschikt zijn. Dat deden ze nog onder grote druk ook. Hoeveel tijd voor reflectie is er tijdens dat proces geweest? Hoeveel overeenkomsten zijn er tussen deze kandidaten? We weten niet eens of men het eens is over coalitiedeelname van de PVV.
Rara in welke fractie zijn na de verkiezingen de minste problemen?
Beeld: Pieter Omtzigt presenteert verkiezingsprogramma NSC. Still van YouTube.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.