Volt-leden proeven de nieren van kandidaat-Kamerleden niet

Het is een haastklus, zo geeft een Volt-medewerker toe. De tussentijdse verkiezingen zijn voor partijen best problematisch. Normaliter zou men anderhalf jaar de tijd hebben om ze voor te bereiden, nu moet alles in drie maanden. De kandidatenselectie moet bijvoorbeeld met een enorme snelheid plaatsvinden. Er is voor alle processtappen ontzettend weinig tijd. De leden van Volt stellen de kandidatenlijst vast, maar de kandidaten hebben nauwelijks tijd om intern campagne te voeren.
Volt heeft hier een hele week voor gereserveerd. Aanstaande zaterdag besluit het congres al over de kandidatenlijst, terwijl deze pas net bekend is gemaakt. Het probleem ligt voor de hand: sommige kandidaten zijn al bekend en hebben het makkelijk, terwijl nieuwelingen op korte termijn geen enkele kans maken om een hogere positie te krijgen omdat ze onbekend zijn en dat voorlopig ook zullen blijven. Ze mogen blij zijn met de plek die de kandidatencommissie ze heeft toebedeeld.
Transparante selectie
Volt maakt er het beste van. Deze week organiseert de partij twee avonden waar kandidaten zich kunnen voorstellen aan de leden. Het is een vorm van verantwoording en transparantie die in partijpolitiek Nederland ongekend is. Partijen publiceren hun kandidatenlijsten en de leden mogen daarover stemmen, maar weten vaak ook niet precies wie de kandidaten zijn, laat staan of ze goed genoeg zijn. Volt wil duidelijk iets anders: dat de leden een beargumenteerde keuze kunnen maken.
En dus zitten we woensdagavond op het partijkantoor waar de kandidaten op de plaatsen twee tot en met elf zich presenteren. Lijsttrekker Laurens Dassen is er niet, want hij is al eerder aangewezen. Donderdagavond is er nog een tweede avond. Negen van de tien kandidaten zijn aanwezig om te praten over allerlei Volt-thema’s, wie ze zijn en hoe ze campagne gaan voeren. Daarna is er ruimte voor vragen. Het is een prachtige oefening in partijdemocratie. De vraag is wel wat deze inhoudelijk oplevert.
Het Overijsselse Statenlid Maryse Wulf is moderator en laat de kandidaten praten over thema’s als klimaat, Europa en kansengelijkheid. Dit levert maar drie duidelijke inzichten op: de kandidaten hebben allemaal het verkiezingsprogramma gelezen, ze kunnen dit mondeling reproduceren en ze komen prima uit hun woorden. Maar ja, deze basale zaken zijn waarschijnlijk ook al getoetst door de kandidatencommissie. Komen we meer te weten?
Stevige vragen?
Verdieping zit er niet in. We horen Romy Frijters (no.6) praten over de problemen in grensregio’s. Ze is commissielid – een soort hulpraadslid – in Maastricht. Frijters wil zich in de Tweede Kamer inzetten voor deze grensoverschrijdende problemen. Ze zegt iets over de bouw van een afvalverwerkingscentrale net over de grens bij Visé, maar daar kan ze in de Tweede Kamer natuurlijk niets mee. Welke problemen ze dan wel wil behandelen, blijft duister.
Kandidaten het vuur aan de schenen leggen, dat doet Volt niet. Imane Elfilali (no.4) is nu nog fractievoorzitter in Rotterdam. Bij Volt hebben weinig mensen ervaring, dus het is vrij logisch dat een paar raadsleden doorschuiven naar het landelijke podium. Toch krijgen we geen beeld of Elfilali een goed raadslid is, welke zaken ze in Rotterdam op de agenda krijgt en welke resultaten ze boekt. Dit zou een antwoord kunnen geven op de vraag of Elfilali’s carrièrestap gewenst is, maar niemand lijkt dit te willen weten.
Zo kunnen we nog wel even doorgaan. Cankut Ercan (no.11) is nu het enige raadslid van Volt in Zwolle. De vraag dringt zich op of het logisch is dat hij naar Den Haag gaat en zo alle opgedane ervaring van Volt Zwolle doet verdwijnen. Niemand vraagt ernaar. Ernst Boutkan (no.3) was kortstondig Kamerlid tijdens het zwangerschapsverlof van Marieke Koekkoek. We horen niet wat zijn ervaringen waren, wat hij ervan leerde en waarom hij denkt dat hij nu vier jaar Kamerlidmaatschap verdient.
Culturele verklaring
Bij de onbekende kandidaten is het gebrek aan verdieping nog erger. Op plekken vijf en zeven staan twee ambtenaren waarvan volstrekt onduidelijk is wat hun kwalificaties zijn, behalve dat ze hebben gesolliciteerd. Vrijwel alle kandidaten komen van overheden, semi-overheden of werken voor de fractie. Een lid in de zaal vraagt ernaar. Rens de Boer (no.7) zegt dat er ook affiniteit is met bedrijven, omdat ook die uit mensen bestaan. Zou daar nou echt niet langer over gepraat moeten worden?
Zo doet Volt op zichzelf een goede poging om leden te informeren over de kandidaat-Kamerleden, maar niemand lijkt bereid hun nieren te proeven. Wat zijn hun diepere drijfveren? Hebben zij specialismes waar Volt mee geholpen is? Waaruit blijkt dat zij de ideale representanten van een Europese partij zijn? Welke vaardigheden hebben zij die van pas komen bij het Kamerwerk? En voor de kandidaten met politieke ervaring: zijn ze in het verleden al effectief geweest?
We horen het niet. Best raar, want de vorige Tweede Kamerverkiezingen was Volts kandidatenselectie een ramp. Niemand maakt nog woorden vuil aan Nilüfer Gündogan, maar toch is zij hier op de achtergrond nog steeds aanwezig. Ze bleek enorm direct en kon mensen stevig de waarheid vertellen. In 2021 had Volt daar nog niet over nagedacht, maar inmiddels weet de partij dat dat niet de bedoeling is. Zo komt er bij deze sessie geen enkele kritische vraag, want stel je voor dat een kandidaat-Kamerlid in zijn of haar hemd staat.
De vraag is natuurlijk of deze poezelige aanpak niet tot nieuwe ongelukken leidt.
Beeld: Marieke Koekkoek (no.2), Rens de Boer (no.7) en Imane Elfilali (no.4). Still van YouTube.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.