PvdA en GroenLinks produceren volop open deuren, geen nieuw elan
Tot dusver ging de discussie over de samenwerking tussen PvdA en GroenLinks vooral over het proces: hoe moet er worden samengewerkt en wat is eigenlijk het doel? Moet er een partijfusie komen? Het wordt tijd ook over de inhoud te praten, legt een medewerker van het wetenschappelijk bureau van GroenLinks maandagavond uit. We zijn in Madurodam, waar de twee partijen gezamenlijk een ledengesprek organiseren over de samenwerking. Het is de eerste van een serie van tien avonden. Er zijn zo’n honderd leden.
Op de vloer in de centrale hal zijn met tape vlakken gemaakt. Eerst moeten de aanwezigen kiezen of ze vinden dat de samenwerking te snel of juist te langzaam gaat. Vervolgens moeten ze kiezen of ze er positief of negatief tegenover staan. Over de gewenste snelheid blijken de meningen verdeeld, over de wenselijkheid niet: de grote meerderheid van de aanwezigen is positief.
Enthousiasmerende reacties?
Dat is niet te merken aan de eerste reacties. De jongen van het wetenschappelijk bureau vraagt eerst een paar twijfelaars naar hun mening. Een man legt uit dat de PvdA een rijke traditie heeft en dat GroenLinks beter met D66 kan fuseren. De PvdA moet zo snel mogelijk stoppen met dit proces. De partij kent weliswaar een dalende lijn, maar daar zijn veel rapporten over geschreven en daar is nooit iets mee gedaan. Zouden we het daar eens over kunnen hebben? De jongen van het wetenschappelijk bureau breekt het betoog af. Het duurt te lang.
Een GroenLinks-lid vindt de samenwerking ook niks. Hij ervaart een enorme ‘push’ en is bang voor identiteitsverlies. Er zijn verschillen met de PvdA en die gaan straks wellicht verloren. Gek genoeg blijkt een voorstander van samenwerking het daarmee eens. De man zegt dat mensen mogelijk gaan weglopen tijdens dit proces. Zo kunnen ‘hardcore sociaaldemocraten’ naar de SP en groene kiezers naar de PvdD. Wederom geen enthousiasmerend vooruitzicht, behalve voor Lilian Marijnissen en Esther Ouwehand.
Een tweede voorstander haalt herinneringen op aan de PPR – een voorloper van GroenLinks – waar onderlinge verschillen altijd welkom waren. Dit is kennelijk een goed voorbeeld voor de nieuwe fusiepartij, maar ook dit suggereert eigenlijk ellende. Het beeld is immers dat er lastige meningsverschillen tussen PvdA en GroenLinks bestaan, maar dat samenwerking toch kan als je die verschillen maar gewoon accepteert. Het roept al snel de vraag op waarom de partijen deze fuik zijn ingezwommen.
Een gespreksmodel
Dan volgen discussietafels. De moderator introduceert een nogal dwingend gespreksmodel. Iedereen krijgt vijf briefjes. Daarop moet men zaken schrijven die men belangrijk vindt. Daarna gaat men met een groepsgenoot praten over de onderlinge overeenkomsten. Dat gesprek moet vijf briefjes met overeenkomsten opleveren. Er vallen dus vijf briefjes af. Vervolgens gaan het duo met weer een ander duo in gesprek, waarna er van hun tien briefjes weer vijf overblijven. In de slotronde komen acht leden tot vijf gemeenschappelijke ideeën.
Deze avond komt men niet op het idee een gesprek te voeren over de vraag waar de samenwerking tussen PvdA en GroenLinks inhoudelijke problemen, wegrennende kiezers of andere ellende oplevert. In plaats daarvan stuurt het gespreksmodel aan op consensus. Verrassing: die ontstaat. Aan het einde van de exercitie krijgen we een overzicht wat er over de vier thema’s is gezegd. Het is moeilijk je lachen in te houden.
We noteren onder meer het volgende. In de zorg moet oog zijn voor de patiënt, toegankelijkheid en preventie. Bestaanszekerheid is essentieel en het minimumloon moet omhoog. Er moet rechtvaardig inkomensbeleid zijn, bescherming van het klimaat, gelijke kansen en goed onderwijs. De vervuiler moet betalen. De overheid moet meer de regie nemen, Nederland moet in het buitenland democratische waarden verspreiden en we moeten ons niet laten chanteren door bedrijven die bij strengere regels dreigen te vertrekken.
Je lachen inhouden
De andere negen avonden over de inhoud van de samenwerking kunnen wel worden afgezegd. De overeenkomsten zijn precies wat elke buitenstaander van te voren had kunnen voorspellen. Er is geen spoor van het nieuwe elan dat de linkse samenwerking zou moeten opleveren. De partijen blijken samen vooral open deuren te produceren en doen geen poging zicht te krijgen op de knelpunten. Niemand merkt het op.
Drie Kamerleden sluiten de avond af. Jesse Klaver heeft een goed voorbeeld gehoord over bureaucratie in de zorg. Er moet echt systeemverandering komen en linkse samenwerking kan die realiseren. PvdA-Kamerlid Barbara Kathmann heeft geleerd dat PvdA’ers principes hebben en dat GroenLinks’ers pragmatisch kunnen zijn: het omgekeerde van wat je zou verwachten. Haar collega Kati Piri zag zoveel eensgezindheid dat ze geen idee had welke aanwezigen van PvdA waren en welke van GroenLinks.
Wat zegt het dat de buitenwereld die verschillen wel kan zien, maar een PvdA-Kamerlid niet?
Beeld: ledengesprek PvdA en GroenLinks. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.