JA21 zorgt er wel voor dat interne tegenspraak uitblijft
Veel onervaren witte mannen onder de dertig. Dat is de samenvatting van de kandidaten voor de Provinciale Staten die JA21 vorige week presenteerde. De selectie zegt veel over hoe het met de partij gaat. Wie worden in dit publicitaire niemandsland aan een baantje geholpen? Ik blijk maar liefst vier nieuwkomers te kennen. Vriendelijke heren, maar de meesten heb ik nooit op veel inhoud kunnen betrappen. Veeg teken: in Limburg heeft Marcel Thewissen die inhoud wel, maar hij past niet in het profiel.
Het verhaaltje ging ongeveer zo. Twee jaar lang vormden vier FvD-afsplitsers de fractie Samen voor Limburg. Drie ervan zagen herverkiezing wel zitten en sloten zich onlangs aan bij JA21. Ze zouden de top van de nieuwe kandidatenlijst vormen, zo was de afspraak. Toen konden Joost Eerdmans en partijvoorzitter Adrien de Boer zich opeens niets meer van die afspraak herinneren. Exit Thewissen en de rest. Ook elders zijn opvallend veel ervaren Statenleden afgevoerd.
Dit soort conflicten worden vaak geframed als ruzies over baantjes, maar dat is het punt niet. De vraag is: wil JA21 eigenlijk wel invloed hebben? Dat lukte de FvD-Statenleden – afgesplitst of niet – vier jaar lang nauwelijks. Het verschil maken vereist ervaring en dus zijn vlieguren nodig. Nu bestaan er eindelijk mensen die het verschil kunnen maken, worden ze door JA21 bij het grofvuil gezet, ten faveure van mensen die opnieuw het wiel moeten gaan uitvinden.
Het enige voordeel is dat nieuwkomers de partijtop niet tegenspreken. Ervaren Statenleden doen dat wel.
Duidelijke leiding
Wie zijn de mannen die het werk straks mogen gaan doen? Andere partijen kunnen kandidaten vaak als vrijwilliger uittesten voordat ze op een lijst komen. Bij JA21 kan dat niet of nauwelijks, want de partij is geen echte ledenorganisatie. Vrijwilligersfuncties bestaan vrijwel niet. Een jonge doelgroep kan naar een zomer- of winterschool en studenten kunnen her en der bij een fractie stagelopen. Allemaal rollen waarin duidelijk is wie de leiding heeft en wie er moet luisteren.
Aan welke kwalificaties moeten deze kandidaten voldoen? Ze hoeven in ieder geval geen regionale bekendheid te hebben, want in Limburg heeft nog nooit iemand van lijsttrekker Philippe Schyns gehoord. In maart moet je kennelijk alleen om landelijke redenen JA21 stemmen. De kandidaten komen straks in de Provinciale Staten terecht door hun vrienden in de landelijke top, niet omdat ze zo’n stevige band met hun eigen kiezers hebben. Weer een aanwijzing dat deze kandidaten de top niet gaan tegenspreken.
Even kennismaken
Maandagavond sprak ik zo’n nieuwkomer. Een serieuze jongen van onder de dertig. Geen bewijs van enige ervaring. Zijn naam noem ik niet, want ik wil de jonge aanwas niet meteen een slechte start geven. De partijleiding zou dit gesprek ongetwijfeld hebben afgeraden. Met een beetje geluk is de jongen niet verkiesbaar, maar als JA21 even succesvol wordt als FvD in 2019, is hij dat wel. Ook een tussentijdse entree in de Provinciale Staten is geenszins ondenkbeeldig. Wie staat er bij JA21 op zo’n plek?
Oudgedienden hebben nooit publiekelijk uitgelegd wat voor hen precies het verschil is tussen Baudet en Eerdmans, zo legde ik de nieuwkomer voor. We zien bij de kandidatenpresentatie zelfs een oud-senator van de PVV de overstap naar JA21 maken, zonder dat hij inhoudelijk uitlegt waarom de koers van Nanninga en Eerdmans beter is dan die van Wilders. Waarin is JA21 nou anders dan Forum of de PVV? Wat was er precies slecht aan Forum? Wat ging te ver? Welke inhoud is wel bruikbaar?
We waren snel uitgepraat.
Eigenlijk snap ik wel waarom die jongen staat te hakkelen. Mag hij wel iets zeggen? Bij JA21 wilde men de kandidaten een zwijgcontract laten tekenen. Dat levert natuurlijk geen ontspannen gesprekken op, zelfs niet als de partij van deze contacten heeft afgezien. Ze maken immers duidelijk wie de lakens uitdeelt en wie zich moet schikken in een ondergeschikte positie. Kandidaten kunnen maar beter even overleggen voordat ze met de media praten. Of gewoon meteen hun mond houden.
Het PVV-model
Zo komen we bij een bijpassend organisatiemodel: dat van de PVV. Het komt erop neer dat provinciale leiders de lakens uitdelen. De rest mag achter de leiders aanhobbelen en moet vooral geen eigen mening hebben. Voordeeltje: deze kandidaten zijn meestal totaal onbekend en dus zullen ze nauwelijks lastige vragen van stemmers of journalisten krijgen.
Natuurlijk staat een onervaren kandidaat te hakkelen bij een vraag waar de leiding zelf ook geen antwoord op heeft. Over wat wel en niet netjes, constructief en bestuurswaardig is, heeft JA21 nooit diepgravend nagedacht. Al die zaken zijn ontzettend interpretatie-afhankelijk. Opeens snap je waarom JA21 iemand als Marcel Thewissen niet als lijsttrekker wil. Hij zou de partijtop tegen kunnen spreken. Dat zal Philippe Schyns – wie zegt u? – wel uit zijn hoofd laten.
Waar liggen de rode lijnen? Kijk naar wappie-Europarlementariër Rob Roos en je weet: die lijnen zijn ontzettend diffuus. Luister naar de partijtop en je hoort steeds iets anders. Is JA21 een conservatief-sociale partij? Nicki Pouw zou er een representant van kunnen zijn. JA21 bevat echter ook volks populisme van Annabel Nanninga én patatliberalisme van Joost Eerdmans die elke vijf minuten roept dat de migratie moet stoppen. Alleen onervaren kandidaten stellen geen vragen.
Op korte termijn is dat niet zo gek, maar daar is ook wel meteen alles mee gezegd.
Beeld: lijsttrekkers van JA21 in Arnhem. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.