JA21 houdt van kneedbare jonge mannen zonder politieke ervaring
Het is hommeles in Limburg, maar daar is in Arnhem niets van te merken. In Burgers Zoo presenteert JA21 maandagavond de kandidaten voor de Provinciale Statenverkiezingen. In het congrescentrum tref ik Ruud Burlet, vier jaar geleden nog de Limburgse Forum-lijsttrekker, later gedeputeerde en tegenwoordig lid van JA21. Hij is beslist niet van plan opnieuw Statenlid te worden. Hij is hier slechts als lijstduwer. Zijn voormalige assistent Roy Blijlevens is er ook. Hij staat op een verkiesbare tweede plek.
Er is gedoe over de Limburgse lijst. Dit vertelt ons veel over hoe het met JA21 gaat. In Limburg splitsten zich bij Forum vier van de zeven Statenleden af. Zij vormden een eigen provinciale fractie onder de naam Samen voor Limburg. We kwamen ze een tijdje geleden al tegen bij een JA21-bijeenkomst in Roermond. Ze hadden zich in 2020 niet meteen bij de nieuwe partij aangesloten, want ze wilden niet direct een nieuw avontuur aangaan. Na Forum vonden ze het wel even genoeg.
Samen voor Limburg werd pas onlangs onderdeel van de partij van Eerdmans en Nanninga. Dat leek een slimme actie: zo maken de Statenleden immers een betere kans op herverkiezing. Wat schetst onze verbazing deze maandagavond in Arnhem? Van de vier heren uit Limburg heeft er niet één de kandidatenlijst gehaald. In de Limburger lezen we dat drie van de huidige fractieleden wel terug wilden keren, maar dat ze zich hebben teruggetrokken.
Jonge kneedbare mannen
Marcel Thewissen zag zichzelf wel als lijsttrekker, maar moest een onervaren nieuweling voor laten gaan. Thewissen zegt dat de afspraken zijn geschonden. JA21 heeft er een ander beeld bij. Het gevolg is dat bijna alle ervaring weg is. Zo goed als alle Limburgse kandidaten zijn onbekend en onervaren, net als in 2019 bij Forum. Is dit nou de manier waarop JA21 het verschil wil maken? Het heeft er alle schijn van dat de huidige, ietwat eigenzinnige Statenleden niet gewenst waren. Jonge, kneedbare mannen des te meer.
Dat is ook meteen de beste beschrijving van het gezelschap dat op de twaalf provinciale kandidatenlijsten staat: het zijn vrijwel uitsluitend witte mannen en er is een enorme oververtegenwoordiging van leeftijden onder de dertig. Bij rechtse partijen bestaat een extreme weerzin tegen diversiteitsquota, maar dit is wel het andere uiterste. Joost Eerdmans zegt dat de lijsten hele verschillende kandidaten bevatten. Als hij dat echt denkt, moet hij hoognodig eens naar de opticien.
Opvallend veel zittende Statenleden komen niet terug. Er zijn twee opties: de ervaring van de huidige lichting wordt niet gekoesterd, of men wil zelf graag stoppen. Niemand wil of kan er maandagavond iets over kwijt. Hoe het ook zit, het is altijd een probleem. Als de partij ervaring de deur uitzet ten faveure van onervaren nieuwkomers, is het meteen duidelijk hoe serieus JA21 is. Als Statenleden uit zichzelf er de brui aan geven, zegt dat iets over het warme bad dat het Statenwerk en/of JA21 kennelijk is.
Fractie in bedwang houden
Sommige oudgedienden worden meer gemist dan andere. Als één fractievoorzitter in positieve zin opviel, was het de Flevolandse Gert Jan Ransijn. Hij is verdwenen. Van zijn fractie van zes mensen zijn er vier weg. Niek Beenen staat op een onverkiesbare plaats. Natuurlijk kan het zijn dat iedereen in Flevoland het Statenwerk spuugzat was, maar dat lijkt in dit geval wel heel onwaarschijnlijk. Het heeft meer weg van een strategie om onervaren, kneedbare Statenleden te krijgen.
De Flevolandse lijsttrekker is Kees Kok. Hij zit al twaalf jaar in de Provinciale Staten en zat zeven jaar in de Eerste Kamer voor de PVV. Dan moet je wel een heel goed verhaal hebben als je bij een nieuwe club aanklopt. Kok zegt dat hij ‘persoonlijke redenen’ heeft voor zijn afscheid van Wilders. Dat is niet hetzelfde als afstand nemen van het PVV-gedachtengoed. JA21 vindt het kennelijk prima. Hoe dat dan weer rijmt met het idee dat JA21 een constructief en net alternatief is voor de VVD, is onduidelijk.
In veel provincies lijkt JA21 te kiezen voor een lijsttrekker die senioriteit heeft en de club in bedwang kan houden. Eerste Kamerlid Toine Beukering mag het in Zuid-Holland proberen, zittend fractievoorzitter Maarten Goudzwaard in Friesland en zijn collega Willem Rutjens in Noord-Brabant. In Zeeland zien we oud-consul Gert Heijkoop en in Gelderland oud-voetbalbestuurder Elrie Bakker-Derks. Sommige lijsttrekkers zijn jonger, bv. in Groningen en Limburg. Daar had men kennelijk niemand anders.
Onderling vertrouwen
Hoe deze kandidatenlijsten precies zijn gemaakt is onduidelijk. Er wordt geschermd met commissies, maar de belangrijkste stap – goedkeuring door de leden – ontbreekt. Zo is deze kandidaatstelling een onderonsje van de partijtop, net als in 2019 bij Forum. Dit proces draait om vertrouwen van de top in de lijsttrekkers, niet om de vraag of zij electoraal aanspreken of effectief zijn geweest als ze al in de Provinciale Staten zaten. Voor iemand met twaalf jaar ervaring heeft Kees Kok opvallend weinig resultaten te melden.
We ontmoeten ook Fred Kerkhof, die twee keer in de Provinciale Staten van Overijssel werd verkozen voor 50Plus. Via de Partij voor de Toekomst en Mooi Overijssel heeft hij zich nu bekeerd tot JA21. Over de diepere motivatie daarachter horen we niets. Het blijft ook erg stil over zijn mooie resultaten van acht jaar Statenwerk waar JA21 nu op kan voortborduren. Waarom een goed Statenlid als Marcel Thewissen in Limburg geen lijsttrekker mag worden en Kerkhof in Overijssel wel, is een raadsel.
Zo kunnen we nog wel even doorgaan. In Flevoland is behalve Kees Kok straks alle ervaring weg, in Limburg heeft alleen de oud-assistent van Ruud Burlet vlieguren, in de Utrechtse fractie zijn drie van de vijf ervaren leden vertrokken en in Noord-Brabant is alleen de fractievoorzitter over. Alleen Noord-Holland is een echte uitzondering, waar bijna de hele top van de lijst al actief was. Dat is in Zuid-Holland dan weer niet zo, waar vijf van de zeven leden hun biezen moeten pakken.
Zoethoudertjes
Het uitdunnen van de Zuid-Hollandse fractie is niet los te zien van de verrassing van deze avond: JA21 doet ook in vijf waterschappen mee. De Zuid-Hollandse Statenleden Leendert Verheij, Bob van Pareren, Rob Weber en Marcus Breet worden daar geparkeerd. De waterschapslijsten zijn zo kort dat het er alle schijn van heeft dat het zoethoudertjes zijn. We horen dat waterschappen ontzettend belangrijk zijn. Rara waarom heeft JA21 nog nooit enige interesse in deze bestuurslaag getoond?
Onlangs had ik een interview met een betrokkene bij JA21, onder de voorwaarde van strikte anonimiteit. Mijn vraag was wat JA21 de afgelopen jaren in de provincies heeft bereikt. Het bleef stil. Er zijn wat moties aangenomen, klonk het. Dat is geen raar antwoord: de Statenleden begonnen met nul ervaring en hebben zich jaren moeten inwerken. Nu staat een behoorlijk deel alweer bij het grofvuil. Het vergroot de kans dat JA21 over vier jaar weer geen resultaten kan presenteren.
Wat wél is bereikt, zei de betrokkene nog, is dat de nieuwe fracties met meer ervaring beginnen dan Forum in 2019. Dat blijkt deze maandagavond lang niet overal het geval. JA21 tendeert vooral naar een PVV-achtig model waarbij de provinciale leiding het vertrouwen van de partijtop geniet. De lijsttrekker mag de fractie naar eigen goeddunken bestieren. Of dat tot resultaten leidt, aansprekend is voor kiezers, aansluit bij de wensen van leden of past bij het idee van een serieuze rechtse partij die het verschil maakt, laat zich raden.
Beeld: de JA21-kandidatenlijst van Zuid-Holland. Foto: Chris Aalberts.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.