Bij 50Plus stopt de ruzie nooit. Sla de geschiedenisboekjes er maar op na
Sommige dingen veranderen nooit. Toen 50Plus in 2012 in de Tweede Kamer kwam, zag Andere Tijden een mooie historische parallel: dit was niet de eerste ouderenpartij die de Tweede Kamer haalde. Een kleine twintig jaar eerder was er ook al eentje: in 1994 werd het Algemeen Ouderen Verbond (AOV) verkozen. Andere Tijden verhaalt over de ouderenprotesten tegen dreigende bezuinigingen op de bejaardenhuizen en het CDA-plan de AOW te bevriezen. Veel ouderen waren woedend. Het CDA was altijd een vanzelfsprekende keus voor hen geweest, maar nu stapten ze massaal over.
Het AOV kwam onverwachts met zes zetels in de Tweede Kamer. De partij was de schepping van 75-jarige Martin Batenburg. Aanvankelijk wilde hij zelf lijsttrekker worden, maar dat werd hem afgeraden. Toen werd het Jet Nijpels, een voormalig VVD-raadslid uit Eindhoven. Er kwamen veel spontane aanmeldingen binnen. Nijpels herinnert zich dat er nogal wat gelukszoekers bij zaten. Ze wilden op hun oude dag nog carrière maken en meldden zich aan bij Batenburg, die zichzelf partijvoorzitter had gemaakt. Hij beloofde hen vervolgens een mooie plek op de lijst, ongeacht of ze geschikt waren.
Het populisme zat er bij het AOV al meteen in. Batenburg wilde geen ‘partij’ want daar had hij niets mee. In plaats daarvan werd het een ‘verbond’. Vrijwel direct begon een AOV-Kamerlid te praten over ‘zichzelf blijven’ en niet het Haagse taaltje spreken. Het moest waarschijnlijk alle onervarenheid en amateurisme verhullen: de nieuwbakken Kamerleden wisten van niets en hadden zelf ook niet verwacht in de Kamer te komen. Journalisten zagen vooral ‘een rariteitenkabinet’ en ‘een zooitje ongeregeld’. Dat vond Nijpels dan weer denigrerend, maar helaas voor het AOV: de journalisten kregen gelijk.
Een paar jaar belangrijk zijn
Nijpels denkt dat de kandidatenselectie van het AOV niet goed was: de kandidaten hadden allemaal wel een maatschappelijke carrière achter de rug, maar ze hadden het ‘net niet’ gemaakt. Ze hadden wel een goede baan en inkomen gehad, maar ze hadden meer willen zijn. Ze hadden weliswaar geen nieuwe carrièrestap meer nodig, maar konden in de Tweede Kamer toch nog een paar jaar belangrijk zijn. Zo ontstond al snel strijd wie hier nou eigenlijk de baas was. Het broeide al voor de beëdiging. Nijpels vond een collega zo ongeschikt dat ze hem smeekte van zijn benoeming af te zien. Dat mislukte.
Zo kwam Nijpels met haar rariteitenkabinet in de Kamer. Een Kamerlid zei al meteen zich nergens iets van aan te trekken. Nijpels gooide hem uit de fractie. Later vertrok ze zelf vanwege een ruzie met Batenburg, die haar een ruziezoeker noemde. Een Kamerlid betuigde publiekelijk spijt over alle ruzies, een ander klaagde dat ze zich als AOV-Kamerlid nog maar nauwelijks kon vertonen en aan het einde van de vier jaar was het AOV opgesplitst in meerdere fracties. Journalisten smulden van de rampspoed en verwarring. Al snel wist niemand meer waarom het AOV nou eigenlijk was gekozen.
We spoelen twintig jaar vooruit naar 50Plus. De overeenkomsten zijn groter dan de verschillen. De eerste fractie van 50Plus – van Henk Krol en Norbert Klein – viel uit elkaar, bij de tweede splitste Krol zich af en de huidige splitste zich in zijn eentje af zodat 50Plus helemaal niet meer in de Kamer zit. Zo deed 50Plus de ruzies van het AOV nog een keertje over en verdween uit beeld waarom zoveel ouderen er ooit op hadden gestemd. Inhoudelijk leverde die stemmen ook nooit iets op, want net als het AOV kreeg 50Plus zo goed als niets voor elkaar. Nog een overeenkomst: de media vonden het heerlijk.
Zelfreflectie is er niet
Over de inhoud gingen de ruzies nooit, of het nou het AOV of 50Plus was. In beide partijen was er een dominante partijvoorzitter – Martin Batenburg of Jan Nagel – die op de achtergrond aan de touwtjes trok. Ondertussen waren er politici die – uitzonderingen als Corrie van Brenk en Martin van Rooijen daargelaten – niet uitblonken qua inhoudelijke bijdragen en er vooral leken te zitten om belangrijk te kunnen zijn. Ook binnen hun eigen partij speelden ze geen heldenrol: ze stonden te kijken hoe de rampspoed zich voltrok. Zelfreflectie was er ook nooit, zelfs niet achteraf: in Andere Tijden legt Jet Nijpels alleen uit wat anderen verkeerd deden.
Dat men bij 50Plus ook niet zo van zelfreflectie houdt, kunnen we lezen in het boek Ouderenstrijdvan Joep Boerboom, waarin hij de geschiedenis van de partij onder de loep neemt. Een mooi overzicht van hoe het 50Plus de laatste tien jaar verging, maar nergens serieuze reflecties op de gigantische mislukking. Waarom sloten politici zich eigenlijk aan bij 50Plus? Wat wilden ze bereiken? Waarom lukte dat niet? Hoe kijken ze daar achteraf op terug? Wat hadden ze anders willen doen? In Ouderenstrijd lezen we er nauwelijks iets over, wat meteen het meest veelzeggende aan de hele geschiedenis van de ouderenpartijen is.
Hoe nodig die reflectie is, zien we nu de gemeenteraadsverkiezingen eraan komen. Ook 50Plus is weer van de partij. In Almere willen meerdere 50Plus-leden dat lijsttrekker Marc van Rooij wordt geroyeerd. In Venlo is er ook al ruzie en in Hardenberg is het niet anders. Recent was er een afsplitsing in de Provinciale Staten van Flevoland en in Sittard-Geleen vluchten de 50Plus-politici richting het CDA. De restjes 50Plus suggereren dat de partij zo intens verrot is, dat iedereen er beter mee kan stoppen en tijd nemen om eens aan wat zelfreflectie te doen. Iets zegt ons dat dat niet gaat gebeuren.
Deze blog verschijnt ook bij ThePostOnline. Beeld: AOV-Kamerlid Liesbeth Aiking (still uit Andere Tijden).
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan!
Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.